Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the District Court in Gdańsk(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
sentence of the Regional Court in Malbork, imposed on 12 March 2018(referentie: II K 1015/15). Uit aanvullende informatie van 10 november 2021 blijkt dat op 25 maart 2019 de zitting in hoger beroep heeft plaatsgevonden bij
the District Court in Gdańsken dat die instantie op 2 april 2019 uitspraak heeft gedaan.
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW
‘appointed lawyer’aanwezig, maar die advocaat was niet door de opgeëiste persoon gemachtigd om zijn verdediging te voeren. Ter onderbouwing van zijn standpunt heeft de raadsman een e-mail van de heer [naam] van 21 oktober 2021 overgelegd met de volgende inhoud:
the District Court in Gdańsk.
zijnadvocaat volgens hem wel aanwezig was.
the District Court in Gdańsk, maar dat hij
‘was represented by attorney [naam] (counsel for defence by choice appointed by [naam 2] ), who was present at the appellate trial’.
5.Strafbaarheid; feit waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
6.Artikel 11 OLW
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsbepalingen
9.Beslissing
[verdachte]aan
the District Court in Gdańsk(Polen) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.
mr. M.E.M. James-Pater, voorzitter,