Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
4.Strafbaarheid:
5.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 11 OLW: detentieomstandigheden
Bureau of Criminal Enforcement Ilfov Tribunaleen detentiegarantie verschaft waarin, onder meer, de volgende garantie is gegeven:
European Committee for the Prevention of Torture(hierna: de CPT) aan Roemeense detentie-instellingen, waartoe kennelijk noodzaak bestond. Op grond van het voorgaande is de raadsman tot de vaststelling gekomen dat de gegeven detentiegarantie niet waargemaakt kan worden. De raadsman heeft de rechtbank verzocht de zaak te schorsen teneinde de Roemeense justitiële autoriteiten om nadere informatie inzake de detentieomstandigheden te vragen.
Bureau of Criminal Enforcement Ilfov Tribunalop 15 oktober 2021, afdoende is en dat daarmee het individuele gevaar voor schending van de grondrechten zoals vastgelegd in artikel 4 van het Handvest is weggenomen. Daarbij gaat de rechtbank – aan de hand van een globale beoordeling van alle gegevens waarover zij beschikt – uit van de geboden zekerheid in de garantie. De omstandigheid dat uit de stukken waarnaar de raadsman heeft verwezen blijkt dat er tot op heden nog steeds sprake is van overbevolking in de detentie-instellingen waar de opgeëiste persoon waarschijnlijk zal worden gedetineerd indien zijn overlevering wordt toegestaan, doet daar niet aan af. Met de garantie is immers gegarandeerd dat de opgeëiste persoon in deze detentie-instellingen de beschikking zal hebben over individuele celruimte van minimaal 3m2, daarbij de sanitaire voorzieningen niet inbegrepen.
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan het Ilfov Tribunaal, strafafdeling (Roemenië) voor de feiten zoals die zijn omschreven in onderdeel e) van het EAB.