ECLI:NL:RBAMS:2021:6827

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 november 2021
Publicatiedatum
26 november 2021
Zaaknummer
9469149 EA VERZ 21-612
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Proces-verbaal
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot verklaring voor recht inzake voortzetting arbeidsovereenkomst en aanzegvergoeding

In deze zaak heeft verzoekster, werkzaam bij Stichting Zonova, op 29 september 2021 een verzoekschrift ingediend. Zij verzocht primair om een verklaring voor recht dat haar arbeidsovereenkomst niet is geëindigd, alsook om betaling van een aanzegvergoeding en achterstallig salaris. De mondelinge behandeling vond plaats op 9 november 2021, waarbij de kantonrechter F.J. Lourens de zaak behandelde. Verzoekster was vertegenwoordigd door haar gemachtigde, mr. T.A.A. Meerding, terwijl Zonova werd vertegenwoordigd door mr. G.J. Heussen. De kern van het geschil betrof de vraag of Zonova de arbeidsovereenkomst tijdig had aangezegd, waardoor deze op 31 juli 2021 zou zijn geëindigd. De kantonrechter oordeelde dat Zonova voldaan had aan de aanzegverplichting zoals voorgeschreven in de CAO Primair Onderwijs. De kantonrechter concludeerde dat de verzoeken van verzoekster werden afgewezen, en dat zij in de proceskosten werd veroordeeld. De uitspraak werd gedaan op 9 november 2021, en de proceskosten aan de zijde van Zonova werden begroot op € 450,00.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9469149 EA VERZ 21-612
proces-verbaal van: 9 november 2021
func.: 48614
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak ex artikel 30p Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
in de zaak van
[verzoekster]
wonende te [woonplaats]
verzoekster
nader te noemen: [verzoekster]
gemachtigde: mr. T.A.A. Meerding
t e g e n
de stichting Stichting Zonova
gevestigd te Amsterdam
verweerster
nader te noemen: Zonova
gemachtigde: mr. G.J. Heussen
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
[verzoekster] heeft op 29 september 2021 een verzoekschrift ingediend primair strekkende tot een verklaring voor recht dat de arbeidsovereenkomst niet is geëindigd, betaling van een aanzegvergoeding en betaling van achterstallig salaris, met nevenvorderingen. Zonova heeft een verweerschrift ingediend.

1.De mondelinge behandeling

Op 9 november 2021 zijn voor mr. F.J. Lourens, kantonrechter, bijgestaan door mr. S.D. van Leeuwen, griffier, ter zitting verschenen mevrouw [verzoekster] vergezeld door de gemachtigde en namens Zonova de heer [naam 1] en mevrouw [naam 2] vergezeld door de gemachtigde.
Partijen hebben hun standpunten toegelicht, mede aan de hand van spreekaantekeningen, en op elkaars standpunten gereageerd. De kantonrechter sluit de behandeling van de zaak en deelt partijen mee dat zij mondeling uitspraak zal doen.
De kantonrechter doet de volgende uitspraak.

2.De gronden van de beslissing

2.1
[verzoekster] is op 1 augustus 2020 in dienst getreden bij Zonova op basis van een arbeidsovereenkomst met een bepaalde tijd van 12 maanden. Op de arbeidsovereenkomst is de CAO Primair Onderwijs (PO) van toepassing. Uit hoofde van de arbeidsovereenkomst verricht [verzoekster] werkzaamheden op Klaverblad.
2.2
[verzoekster] verzoekt een verklaring voor recht dat zij primair thans op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd werkzaam is bij Zonova op grond van artikel 3.3 lid 3 en lid 4 CAO PO jo. artikel 3.1 lid 2 cao PO en subsidiair dat sprake is van een voortgezette arbeidsovereenkomst voor de duur van 12 maanden op grond van artikel 3.3 lid 4 CAO PO. Daarnaast verzoekt [verzoekster] tot betaling van een aanzegvergoeding ex artikel 7:668 lid 3 BW ter hoogte van één maandsalaris en betaling van het achterstallig loon vanaf de maand augustus 2021. Tot slot verzoekt [verzoekster] Zonova te veroordelen tot nakoming van haar wettelijke re-integratieverplichtingen en wedertewerkstelling nadat zij hersteld is. Dit alles met veroordeling van Zonova in de kosten van de onderhavige procedure.
2.3
Tussen partijen is in geschil of Zonova het einde van de arbeidsovereenkomst tijdig heeft aangezegd en daarmee of de arbeidsovereenkomst van [verzoekster] op 31 juli 2021 is geëindigd.
2.4
Conform artikel 3.3 lid 3 van de CAO PO is de werkgever verplicht indien de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd een tijdsduur had van twaalf maanden ten minste twee maanden voor de einddatum van de arbeidsovereenkomst een beslissing te nemen om:
a. een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd te geven;
b. dan wel nog eenmaal een nieuwe verlengde arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aan te gaan;
c. dan wel de arbeidsovereenkomst van rechtswege te laten eindigen,
en werknemer hiervan onmiddellijk schriftelijk in kennis te stellen.
2.5
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Zonova voldaan aan bovengenoemde aanzegverplichting.
2.6
De kantonrechter overweegt daartoe dat tot een bepaalde fase in de communicatie tussen partijen er mogelijk verwarring is ontstaan bij [verzoekster] over wat er zou gebeuren met haar arbeidsovereenkomst. Op 22 maart 2021 schrijft [verzoekster] in een e-mail aan Zonova: “
Ik zit nu in een cirkel, geen aanstelling, geen inplanning formatie.”Op 24 maart 2021 heeft Zonova daarop gereageerd met onder andere: “
Ik heb je gemaild dat ik je meeneem in de planning voor volgend schooljaar, als je tijdelijke aanstelling (die je nu hebt) wordt verlengd!”
2.7
Echter op 29 maart 2021 heeft Zonova een voorstel gedaan om direct te stoppen met de werkzaamheden, waarbij zij vermeldt: “
Dit betekent dat [verzoekster] vrijgesteld wordt van haar werkzaamheden tot 1 augustus 2021” en “
Komend schooljaar 21/22 vind er geen aanstelling binnen Zonova plaats”. Daar is het begin ontstaan waaruit [verzoekster] had kunnen begrijpen dat Zonova niet met haar door wilde gaan.
2.8
[verzoekster] is niet akkoord gegaan met voornoemd voorstel. Niet lang daarna, op 13 april 2021, volgt een formele negatieve beoordeling. In de begeleidende e-mail staat: “
Verder hebben wij gesproken over het voortzetten van de werkzaamheden op een andere school van Zonova tot het einde van het dienstverband per 31 juli 2021. De wijze van communicatie over de ontstane problemen heeft in de afgelopen weken geleid tot een situatie waarin het niet wenselijk de werkzaamheden op Klaverblad voort te zetten.”
2.9
Vervolgens ontvangt [verzoekster] op 20 april 2021 een e-mail waarin Zonova schrijft dat de algehele beoordeling negatief is en:
“Vooruitzicht op vast betekent in dit geval echter dat de vaste aanstelling niet volgt bij een negatieve beoordeling.”
2.1
Tot slot gaf de e-mail van 23 april 2021 de doorslag waarin Zonova schrijft: “
Er is daarom gekozen je vrij te stellen van je werkzaamheden op Klaverblad tot het einde van je dienstverband op 31 juli 2021”.
2.11
Tegen de achtergrond van de hiervoor geciteerde e-mails is de kantonrechter van oordeel dat Zonova [verzoekster] voldoende tijdig schriftelijk heeft geïnformeerd over het niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst na 31 juli 2021. Daarmee heeft Zonova voldaan aan de aanzegplicht van artikel 7:668 lid 1 BW, zoals nader uitgewerkt in artikel 3.3. lid 3 van de CAO PO.
2.12
Ten overvloede merkt de kantonrechter nog op dat er in dit kader geen sprake hoeft te zijn van ondubbelzinnige duidelijkheid. De maatstaf is dat het voor werkneemster voldoende duidelijk moet zijn geweest dat de arbeidsovereenkomst niet zou worden voortgezet. Blijkens de hiervoor besproken mailwisseling heeft Zonova aan de door de wet beoogde duidelijkheid voldaan en was die duidelijkheid er in ieder geval op 23 april 2021, ruim twee maanden voor 31 juli 2021.
2.13
De conclusie is dan ook dat de verzoeken van [verzoekster] worden afgewezen.
2.14
Als de in het ongelijk gestelde partij wordt [verzoekster] veroordeeld in de proceskosten van de zijde van Zonova, die worden begroot op € 450,00.

3.De beslissing

De kantonrechter:
wijst de verzoeken af;
veroordeelt [verzoekster] in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van Zonova begroot op € 450,00 aan salaris gemachtigde;
veroordeelt [verzoekster] in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 18,00 aan salaris gemachtigde, te verhogen met een bedrag van € 68,00 en de explootkosten van betekening van het vonnis, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw, onder de voorwaarde dat [verzoekster] niet binnen veertien dagen na aanschrijving volledig aan dit vonnis heeft voldaan en betekening van het vonnis pas na veertien dagen na aanschrijving heeft plaatsgevonden.
Waarvan proces-verbaal, opgemaakt en ondertekend op 11 november 2021.
De griffier De kantonrechter