In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 19 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een professioneel fotograaf, eiser, en een eenmanszaak die actief is in de toeristenbranche, gedaagde. Eiser, die rechthebbende is op de foto 'Markthal Rotterdam', vorderde schadevergoeding van gedaagde wegens inbreuk op zijn auteursrecht. Gedaagde had de foto zonder toestemming op haar website geplaatst in verband met een excursie. Eiser vorderde een schadevergoeding van € 525,00, vermeerderd met wettelijke rente, en bijkomende kosten. Gedaagde betwistte de inbreuk en de hoogte van de schade, en stelde dat zij de foto had gevonden zonder naamsvermelding.
De kantonrechter oordeelde dat eiser inderdaad het auteursrecht op de foto had en dat gedaagde inbreuk had gemaakt door de foto te gebruiken zonder toestemming. De rechter stelde vast dat de door gedaagde gebruikte foto de foto van eiser was, ongeacht de lagere resolutie waarin deze was gebruikt. De kantonrechter oordeelde echter dat de schade door eiser onvoldoende was onderbouwd. De door eiser gepresenteerde tarievenlijst en eerdere uitspraken boden geen voldoende basis voor de gevorderde schadevergoeding. Uiteindelijk schatte de kantonrechter de schade op € 50,00, en wees de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten af. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten droeg.
De uitspraak benadrukt het belang van een goede onderbouwing van schade in auteursrechtelijke geschillen en de rol van de rechter bij het schatten van schadevergoeding wanneer deze niet voldoende is onderbouwd.