ECLI:NL:RBAMS:2021:6182
Rechtbank Amsterdam
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen last onder dwangsom voor airco-installatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 13 oktober 2021 uitspraak gedaan in een beroep van eiser tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam. Het college had op 11 juni 2019 een last onder dwangsom opgelegd aan eiser, waarbij hij werd verzocht om een airco-installatie inclusief omkasting en bekabeling te verwijderen van de achtergevel van zijn woning. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het college heeft dit bezwaar op 30 december 2019 niet-ontvankelijk verklaard. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 13 oktober 2021 hebben zowel eiser als het college zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. De rechtbank heeft na de zitting onmiddellijk uitspraak gedaan. De rechtbank heeft vastgesteld dat het primaire besluit op 12 juni 2019 aangetekend is verzonden naar het juiste adres van eiser. De rechtbank concludeert dat eiser te laat bezwaar heeft gemaakt, aangezien het bezwaar pas op 5 augustus 2019 is ingediend. De rechtbank oordeelt dat de redenen die eiser heeft aangevoerd voor de termijnoverschrijding niet voldoende zijn en dat de problemen met de buren en het niet altijd verblijven op het adres voor zijn rekening en risico komen.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.