Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the District Court of Lublin(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
combined sentence of the Provincial Court of [plaats]van 6 december 2016, met kenmerk: VII K 185/16. Uit aanvullende informatie van de Poolse autoriteiten blijkt dat dit een cumulatief vonnis is.
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW
probation officerheeft doorgegeven dat hij naar Frankrijk ging om te werken, dat hij voor haar een briefje met daarop het adres van zijn zus in Frankrijk heeft achtergelaten en dat hij met zijn
probation officerheeft afgesproken dat zij hem op de hoogte zou houden. De opgeëiste persoon heeft echter niets vernomen over de zitting die tot het cumulatieve vonnis heeft geleid.
probation officerals het adres waarop hij bereikbaar was. Dit adres wordt ook genoemd in rubriek f) van het EAB en was derhalve bekend bij de Poolse autoriteiten. De
probation officerheeft op 1 juli 2016 per e-mail aan de zus van de opgeëiste persoon laten weten dat er een procedure voor een gezamenlijk vonnis liep en dat er op dat moment geen termijn voor een zitting bekend was, waarop de zus van de opgeëiste persoon de
probation officerbij e-mail heeft verzocht haar op de hoogte te houden. Nadien hebben de opgeëiste persoon en zijn zus niets meer vernomen. De opgeëiste persoon is niet opgeroepen voor de zitting die tot het cumulatieve vonnis heeft geleid en was ook niet van die zitting op de hoogte. Hij heeft derhalve niet (uitdrukkelijk of) stilzwijgend afstand gedaan van zijn aanwezigheidsrecht bij het proces dat tot het cumulatieve vonnis heeft geleid.
probation officer, dat hij op enig moment naar het buitenland is vertrokken en dat hij het contact met de
probation officervanaf dat moment heeft overgelaten aan zijn familie. De opgeëiste persoon heeft onzorgvuldig gehandeld door zich niet op de hoogte te houden van het verloop van de procedure. Hij had op de hoogte kunnen zijn van het feit dat er een cumulatief vonnis zou worden gewezen.
Stb. 125, die op
probation officervan de opgeëiste persoon. In de aanvullende brief van 22 juni 2021 staat dat uit het Poolse dossier niet blijkt of de
probation officerde opgeëiste persoon op de hoogte heeft gesteld van het verzoek tot het wijzen van een cumulatief vonnis. De rechtbank kan ook anderszins niet uit de stukken afleiden dat dit is gebeurd. De opgeëiste persoon heeft zelf verklaard dat hij niet op de hoogte was van het proces dat tot het cumulatieve vonnis heeft geleid. De zus van de opgeëiste persoon heeft weliswaar in de zomer van 2016 per e-mail van de
probation officervernomen dat er een procedure tot een gezamenlijk vonnis liep en dat er nog geen zittingsdatum bekend was, maar zij heeft juist gevraagd op de hoogte te worden gehouden, waarna zij niets meer heeft vernomen. Van een kennelijk gebrek aan zorgvuldigheid van de zijde van de opgeëiste persoon of het trachten te ontkomen aan aan hem gerichte informatie is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake.
5.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the District Court of Lublin(Polen).