Op 23 september 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 29 mei 2020 te Amsterdam een verkeersongeval heeft veroorzaakt. De verdachte, bestuurder van een bestelbus, reed met een te hoge snelheid en was niet voldoende oplettend, waardoor hij tegen de auto van een voor hem rijdende bestuurder aanreed. Dit resulteerde in zwaar lichamelijk letsel voor het slachtoffer, dat onder andere breuken in de wervelkolom opliep. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte aanmerkelijke schuld heeft aan het ongeval, omdat hij niet tijdig heeft kunnen afremmen door zijn snelheid en de overbelading van zijn voertuig. De officier van justitie had een taakstraf van 120 uren geëist, met een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid. De verdediging pleitte voor vrijspraak, maar de rechtbank oordeelde dat de verdachte wel degelijk schuldig was aan de overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 120 uren en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van één jaar, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van het feit, de gevolgen voor het slachtoffer en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.