Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straf
8.Beslag
9.Ten aanzien van de benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte] ,daarvoor strafbaar.
gevangenisstraf voor de duur van 173 (honderddrieënzeventig) dagen.
60 (zestig) dagen, van deze gevangenisstraf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht.
teruggave aan [verdachte]van het voorwerp zoals genoemd onder 8 op de beslaglijst.
bewaring ten behoeve van de rechthebbendevan de voorwerpen zoals genoemd onder 4 tot en met 7 op de beslaglijst.
€ 1.300,98 (dertienhonderd euro en achtennegentig cent)aan vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 januari 2021 tot aan de dag der algehele voldoening.
niet-ontvankelijkin zijn vordering.
niet-ontvankelijkin zijn vordering.