ECLI:NL:RBAMS:2021:4199
Rechtbank Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beklag teruggave in beslag genomen jas na strafvorderlijk onderzoek
Op 16 juli 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin een beklag werd ingediend op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering. De klager, die tevens beslagene is, had op 1 juni 2020 een jas in beslag genomen gekregen in het kader van een strafvorderlijk onderzoek. Het klaagschrift werd op 24 maart 2021 ingediend, en de rechtbank heeft de zaak op 16 juli 2021 behandeld in openbare raadkamer. De klager en zijn raadsman, mr. N.D. de Fluiter, waren niet verschenen, maar het Openbaar Ministerie was vertegenwoordigd door officier van justitie mr. L. Nuy.
De klager verzocht om teruggave van de jas, stellende dat er geen strafvorderlijk belang was dat zich tegen de teruggave verzette. De officier van justitie gaf aan dat het Openbaar Ministerie voornemens was de jas terug te geven, maar dat deze per abuis aan de verkeerde persoon was teruggegeven. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beklag ontvankelijk was, aangezien het schriftelijk was gedaan en ingediend binnen de wettelijke termijn.
De rechtbank heeft vervolgens beoordeeld of er een strafvorderlijk belang was dat de teruggave van de jas in de weg stond. Aangezien de klager niet werd vervolgd en het Openbaar Ministerie zich niet verzette tegen de teruggave, heeft de rechtbank geoordeeld dat er geen belemmeringen waren voor de teruggave. De rechtbank heeft het beklag gegrond verklaard en gelast dat de jas aan de klager wordt teruggegeven. Deze beslissing is openbaar uitgesproken op 16 juli 2021, en tegen deze beslissing staat voor het Openbaar Ministerie beroep in cassatie open.