Op 4 augustus 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen en bijbehorende munitie. De zaak kwam ter terechtzitting op 21 juli 2021, waar de officier van justitie, mr. C.F. van Drumpt, de vordering indiende. De verdachte, geboren in 1998 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, werd op 2 juni 2021 in Amsterdam aangehouden na een achtervolging door de politie. Tijdens deze achtervolging liet hij een geladen automatisch vuurwapen vallen, dat later werd onderzocht en als zodanig werd geïdentificeerd.
De rechtbank oordeelde dat het ten laste gelegde feit bewezen kon worden, maar sprak de verdachte vrij van het medeplegen, omdat niet kon worden vastgesteld dat hij het wapen samen met anderen voorhanden had. De rechtbank vond het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen, dat omgebouwd was en geladen was, een ernstige inbreuk op de rechtsorde. De verdachte had geen eerdere veroordelingen voor wapenbezit, maar was wel eerder veroordeeld voor een straatroof. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 20 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar, en motiveerde deze straf door te wijzen op de ernst van het feit en de risico's voor de samenleving.