Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
mr. B.F. van Es, naar voren hebben gebracht.
2.Beschuldiging
3.Voorvragen
“Ik heb van mijn superieuren opdracht gekregen om beide controles af te ronden en naheffingsaanslagen omzetbelasting op te leggen (…). Hiermee vervalt mijn toezegging van 15 april om de controles voort te zetten bij versoepeling of einde van de beperkende maatregelen vanwege de Corona-pandemie (…).”Uit deze tekst blijkt niet dat er een toezegging is geweest om af te zien van vervolging in deze strafzaak. Het bericht heeft betrekking op het boekenonderzoek in 2020 dat heeft geleid tot definitieve controlerapporten inzake [verdachte] en [medeverdachte] . Aan dit bericht van de belastinginspecteur kan dan ook geen vertrouwen worden ontleend dat door het Openbaar Ministerie van strafvervolging zou worden afgezien. Het verweer wordt daarom verworpen. Het Openbaar Ministerie is dus ontvankelijk in de vervolging.
4.Waardering van het bewijs
5.Bewezenverklaring
6.Motivering van de straf
7.Toepasselijke wettelijke voorschriften
8.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
geldboete van € 8.000.- (achtduizend euro).