ECLI:NL:RBAMS:2021:3761

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
26 mei 2021
Publicatiedatum
20 juli 2021
Zaaknummer
C/13/700918 / HA ZA 21-384
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verstek
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake toegang tot tuin voor onderhoudswerkzaamheden

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 26 mei 2021 een verstekvonnis uitgesproken in een civiele procedure tussen een vereniging als eiseres en een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. K. van den Berg, vorderde toegang tot de tuin van de gedaagde om onderhoudswerkzaamheden aan de achterzijde van haar pand uit te voeren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vordering niet onrechtmatig of ongegrond is en heeft deze toegewezen. De gedaagde is veroordeeld om binnen zeven dagen na schriftelijk verzoek van de eiseres toegang te verlenen tot haar tuin voor de noodzakelijke werkzaamheden. Daarnaast is de gedaagde verplicht om de steigers en andere zaken in haar tuin te dulden totdat de werkzaamheden zijn afgerond en de aannemer een redelijke termijn heeft gehad om de materialen te verwijderen. Tevens is de gedaagde veroordeeld tot het betalen van een dwangsom van € 250,00 per dag bij niet-naleving, met een maximum van € 25.000,00. De rechtbank heeft de gedaagde ook in de proceskosten veroordeeld, die zijn begroot op € 1.336,01, te vermeerderen met wettelijke rente. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/700918 / HA ZA 21-384
Vonnis van 26 mei 2021
in de zaak van
de vereniging
[eiseres],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
eiseres,
advocaat mr. K. van den Berg te Amsterdam,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding, met producties,
  • het tegen gedaagde verleende verstek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Het gevorderde komt de rechtbank voor het overige niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal als volgt worden toegewezen.
2.2.
Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiseres worden begroot op:
- dagvaarding € 106,01
- griffierecht 667,00
- salaris advocaat
563,00(1,0 punt × tarief € 563,00)
Totaal € 1.336,01

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
veroordeelt gedaagde om binnen zeven dagen na eerste schriftelijk verzoek daartoe van eiseres de door eiseres aan te wijzen personen via haar woning toegang te verlenen tot haar tuin, teneinde daar de steigers en overige zaken te plaatsen die noodzakelijk zijn voor onderhoud aan de achterzijde van het pand van eiseres,
3.2.
veroordeelt gedaagde om de door eiseres aan te wijzen personen gedurende de werkzaamheden op werkdagen tussen 08:00 en 17:00 uur via haar woning toegang tot de tuin te verlenen,
3.3.
veroordeelt gedaagde om voormelde steigers en overige zaken in haar tuin te dulden totdat de onderhoudswerkzaamheden definitief zijn afgerond en opgeleverd en de aannemer een redelijke termijn heeft genoten om de steigers en overige zaken te verwijderen,
3.4.
veroordeelt gedaagde om te dulden dat voormeld materieel via haar woning wordt afgevoerd,
3.5.
veroordeelt gedaagde om aan eiseres een dwangsom te betalen van € 250,00 voor iedere dag dat zij niet aan de in 3.1. tot en met 3.4. uitgesproken hoofdveroordelingen voldoet, tot een maximum van € 25.000,00 is bereikt,
3.6.
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op € 1.336,01, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na de betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
3.7.
veroordeelt gedaagde in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 163,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat gedaagde niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de nakosten met ingang van de veertiende dag na de betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
3.8.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.T. Kruis en in het openbaar uitgesproken op 26 mei 2021. [1]

Voetnoten

1.type: AAK