Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
De in de schoudertas aangetroffen cocaïne wordt immers uitgesloten van het bewijs.
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting op 1 juli 2021;
- een proces-verbaal van bevindingen met foto’s PL1100-2019247914-5, p. 265 t/m 272;
- een proces-verbaal van bevindingen met fotobijlage, p. 299 t/m 309;
- een proces-verbaal Onderzoek verdovende middelen met Rapportage NFI, ALG. 65, p. 750 t/m 754;
- een proces-verbaal van onderzoek inbeslaggenomen vuurwerk 2019247914-A, p. 1035 t/m 1067.
De huurder van de loods, [huurder] heeft verklaard dat het vuurwerk in het weekend van
23 en 24 november 2019 is binnen gebracht. [3]
De rechtbank vindt de verklaring van verdachte – dat hij gereedschap en bouwmateriaal vervoerde en geen wetenschap had van de aanwezigheid van het vuurwerk in de loods- volstrekt ongeloofwaardig. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat verdachte dat weekend meermalen bij de loods is geweest, de periode waarin hij de bestelbus heeft gehuurd en de verklaring van [huurder] dat het vuurwerk dat weekend is binnen gebracht.
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straffen en maatregelen
Het is algemeen bekend dat professioneel vuurwerk (ernstig) gevaar kan opleveren omdat het meestal een zwaardere explosieve lading bevat dan het vuurwerk dat in Nederland aan consumenten verkocht mag worden. Voor de opslag van dergelijk vuurwerk gelden strenge regels en is specialistische kennis vereist. Verdachte heeft gehandeld zonder enige kennis en zonder vergunningen voor het vervoeren en opslaan van dergelijke gevaarlijke stoffen. Dit vuurwerk is extreem krachtig en veroorzaakt samen met de hoeveelheid een uitzonderlijke gevaarlijke situatie dat grote veiligheidsrisico’s met zich meebracht voor de omgeving van de loods. De rechtbank neemt dit verdachte kwalijk en zij zal hiermee rekening houden bij de straftoemeting.
De rechtbank houdt onder andere rekening met het feit dat verdachte een baan heeft.
8.Beslag
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
taakstraf van 240 uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 120 dagen, met bevel dat de tijd die door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van deze straf geheel in mindering zal worden gebracht naar de maatstaf van twee uren per dag.
6 (zes) maanden.