ECLI:NL:RBAMS:2021:3452
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-tijdige toezending van verminderingsnota na uitspraak Hof leidt tot niet-ontvankelijkheid beroep
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit na een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam op 29 september 2020. De rechtbank ontving het beroepschrift op 19 februari 2021, waarin eiser aanvoert dat de verminderingsnota niet tijdig is toegestuurd na de uitspraak van het Hof. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
Het Gerechtshof had eerder het hoger beroep gegrond verklaard en de Woz-waarden van een aantal panden vastgesteld, waarbij de onroerendzaakbelastingen voor 2017 zijn verminderd. De verminderingsnota werd door verweerder op 7 april 2021 verzonden, maar de rechtbank oordeelt dat er geen wettelijke verplichting was voor verweerder om deze nota binnen een bepaalde termijn te versturen. Hierdoor is niet voldaan aan de voorwaarden van artikel 6:12 van de Awb.
De rechtbank concludeert dat eiser geen procesbelang meer heeft bij het beroep, aangezien de verminderingsnota inmiddels is toegestuurd. Daarom verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. Deze uitspraak is gedaan door rechter Y. Moussaoui, in aanwezigheid van griffier N. van der Kroft, en is openbaar uitgesproken. Eiser kan binnen zes weken na verzending van deze uitspraak verzet aantekenen bij de rechtbank.