Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Amtsgericht Aurich(Duitsland) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Aanhoudingsbevel voor onderzoekvan het
Amtsgericht Aurichvan 14 februari 2021 met kenmerk 6 Gs 510 Js 13866/19 (199/21).
4.Strafbaarheid
Amtsgericht Aurichvan 27 mei 2021, niet aangeduid als een feit waarvoor het vereiste van toetsing van dubbele strafbaarheid niet geldt. Overlevering kan in dat geval worden toegestaan indien voldaan wordt aan de eisen die in artikel 7, eerste lid, aanhef en onder a 2°, OLW zijn neergelegd.
5.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
Oberstaatsanwaltheeft in de begeleidende brief bij het EAB op 10 maart 2021 de volgende garantie gegeven:
6.Artikel 13 OLW
- Het onderzoek is in Duitsland aangevangen;
- De bewijsmiddelen bevinden zich in Duitsland;
- De verdovende middelen waren bestemd voor Duitsland;
- De Duitse rechtsorde is geschaad;
- Het Nederlandse OM is niet van plan om de vervolging over te nemen.
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsartikelen
9.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan het
Amtsgericht Aurich(Duitsland).