Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
eindvonnis na tussenvonnisvan de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de zaak tegen
1.Tussenvonnis
2.Onderzoek ter terechtzitting
- een aanvullend rapport van de deskundigen [psycholoog] en [psychiater] van 3 mei 2021;
- een aanvullend advies van de Raad van 20 mei 2021.
3.Nadere standpunten
4.Jeugddetentie en PIJ-maatregel
6.Benadeelde partijen
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu deze niet is onderbouwd en er geen dagwaarde kan worden bepaald.
[persoon 8] (zaak A)
[persoon 9] (zaak A)
niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu deze niet is onderbouwd.
niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu deze niet is onderbouwd en er geen dagwaarde kan worden bepaald.
niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu deze niet is onderbouwd en er geen dagwaarde kan worden bepaald.
niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu deze niet is onderbouwd en er geen dagwaarde kan worden bepaald.
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu deze niet is onderbouwd en er geen dagwaarde kan worden bepaald.
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
hoofdelijkworden toegewezen
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd.
7.Vordering tenuitvoerlegging
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
15 (vijftien) maanden.
de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen.
verbeurd:
onttrokkenaan het verkeer:
teruggave, voor zover niet (langer) bezwaard met beslagen, aan verdachte van:
[persoon 6]toe tot een bedrag van
[persoon 6]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 6], te betalen de som van € 600,- (zeshonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 7]toe tot een bedrag van € 500,- (vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 7]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 7], te betalen de som van € 500,- (vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 7]voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 8]toe tot een bedrag van € 308,45 (driehonderd acht euro en vijfenveertig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 8]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 8], te betalen de som van € 308,45 (driehonderd acht euro en vijfenveertig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 8]voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 9]toe tot een bedrag van
[persoon 9]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen. Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
[persoon 9], te betalen de som van € 500,- (vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 9]voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 10]toe tot een bedrag van
[persoon 10]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 10], te betalen de som van € 1.200,- (duizend tweehonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 10]voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 11]toe tot een bedrag van
[persoon 11]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 11], te betalen de som van € 270,45 (tweehonderd zeventig euro en vijfenveertig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 11]voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 12]toe tot een bedrag van
€ 456,75 (vierhonderd zesenvijftig euro en vijfenzeventig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 12]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 12], te betalen de som van € 456,75 (vierhonderd zesenvijftig euro en vijfenzeventig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 12]voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 13]toe tot een bedrag van € 725,- (zevenhonderd vijfentwintig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 13]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 13], te betalen de som van € 725,- (zevenhonderd vijfentwintig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 14]toe tot een bedrag van € 306,75 (driehonderd zes euro en vijfenzeventig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 14]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 14], te betalen de som van € 306,75 (driehonderd zes euro en vijfenzeventig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 15]niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 16]toe tot een bedrag van € 825,- (achthonderd vijfentwintig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 16]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 16], te betalen de som van € 825,- (achthonderd vijfentwintig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 17]toe tot een bedrag van € 500,- (vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 17]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 17], te betalen de som van € 500,- (vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 17]voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering.
[persoon 3]toe tot een bedrag van € 1.000,- (duizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 3]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen, behalve voor zover deze vordering al door een ander is betaald.
[persoon 3], te betalen de som van € 1.000,- (duizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
[persoon 5]toe tot een bedrag van € 400,- (vierhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 5]voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
[persoon 5]te betalen de som van € 400,- (vierhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.
vordering tot tenuitvoerleggingvan de bij voornoemd vonnis d.d. 4 februari 2019
AF.