Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
le procureur de la république pres le tribunal judiciaire de Bordeaux(Frankrijk) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
4.Strafbaarheid
deelneming aan een criminele organisatie;
illegale handel in verdovende middelen en psychotrope stoffen.
5.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod;
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, vijfde lid van de Opiumwet.
6.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13, eerste lid, aanhef en onder a, OLW
In die situatie staat artikel 13, eerste lid, aanhef en onder a, OLW de overlevering niet toe.
- aan de regeling van het EAB ten grondslag ligt dat overlevering de hoofdregel is en toepassing van een facultatieve weigeringsgrond de uitzondering dient te zijn;
- de weigeringsgrond ertoe strekt te voorkomen dat Nederland zou moeten meewerken aan overlevering voor een zogenoemd lijstfeit dat geheel of ten dele in Nederland is gepleegd en dat hier niet strafbaar is of hier niet pleegt te worden vervolgd.
7.Beginsel van effectieve rechtsbescherming
8.Slotsom
9.Toepasselijke wetsartikelen
10.Beslissing
le procureur de la république pres le tribunal judiciaire de Bordeaux(Frankrijk).