Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 11 maart 2020, met producties;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens houdende eis in reconventie, met producties;
- het tussenvonnis van 21 oktober 2020, waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- het proces-verbaal van de op 14 april 2021 gehouden mondelinge behandeling, met de daarin vermelde stukken;
- het op 13 april 2021 van de zijde van [gedaagde] ingekomen stuk wordt niet in de beoordeling betrokken, nu dit te laat is ingestuurd en daartegen bezwaar is gemaakt.
2.De feiten
Opdracht:
3.Het geschil
4.De beoordeling
1.126,00(2,0 punten × tarief € 563,00)