Het door [verbalisant] op 5 juli 2015 opgemaakte proces-verbaal van aanhouding vermeldt onder meer het volgende:
“(…) Op locatie voornoemd zou personeel achter een winkeldief aanrennen.
Onmiddellijk begaf ik mij naar de opgegeven locatie alwaar ik dezelfde dag te 17:45 uur arriveerde. Aldaar hoorde ik van het operationeel centrum dat de verdachte vanuit de Gamma in de richting van de [weg] was gerend en vervolgens de bossage was ingerend. Tevens hoorde ik (…) dat de verdachte in het bezit zou zijn van een mes en dat hij met dat mes ook had gedreigd. (…)
Ik (…) heb vervolgens mijn gecertificeerde diensthond Kay kort aangelijnd en ben vervolgens de genoemde bossage ingelopen. (…)
Aldaar zag ik op ongeveer 50 meter in de rietkraag de verdachte gehurkt in de rietkraag zitten. Ik zag dat de verdachte volledig voldeed aan het opgegeven signalement.
Tevens zag ik dat de verdachte nat was. Kennelijk was hij net uit het water gekomen.
Vervolgens heb ik twee maal op duidelijk en niet misverstane wijze gesommeerd:
“Hier spreekt de politie, u bent aangehouden, geef u over of anders zal de hond worden ingezet”
Ik (…) zag dat de verdachte rechtop ging staan. Ik zag dat de verdachte in mijn richting keek. Ik (…) zag dat de verdachte een paar stappen liep in de richting van de [adres] .
Ik verbalisant ben vervolgens naar de verdachte gelopen en ik verbalisant heb twee maal gevorderd dat de verdachte op zijn buik moest gaan liggen teneinde hem op een veilige manier de transportboeien te kunnen aanleggen.
Ik hoorde en zag dat de verdachte niet meewerkte. Ik hoorde de verdachte namelijk meerdere malen zeggen
“Ik ga niet op de grond liggen”
Ik (…) zag dat de verdachte zijn handen omhoog hield. Ik (…) zag dat de verdachte geen mes in zijn handen had. Ik (…) had geen zicht op de voorzijde van zijn broeksband
Vervolgens heb ik de verdachte benaderd en heb met mijn hand zijn rechterarm gepakt teneinde hem naar de grond te geleiden. Ik (…) riep op luide toon:
“En nu liggen, jij bent aangehouden”
Ik zag en voelde vervolgens dat de verdachte opzettelijk en met kracht zijn rechterarm in tegengestelde richting bewoog. Ik hoorde de verdachte schreeuwen “Ik ga niet naar de grond”.
Vervolgens heeft mijn gecertificeerde diensthond de verdachte in zijn rechterarm gebeten. (…)”