ECLI:NL:RBAMS:2021:1914

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
12 april 2021
Publicatiedatum
20 april 2021
Zaaknummer
8851851 CV EXPL 20-19841
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consumentenrecht en herroepingsrecht bij opleidingsovereenkomst

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 12 april 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap NTI B.V. en een consument, aangeduid als [gedaagde]. De zaak betreft een opleidingsovereenkomst die op afstand tot stand is gekomen. De consument heeft NTI aangeklaagd voor het betalen van openstaande opleidingskosten, terwijl de consument stelt dat zij niet correct is geïnformeerd over haar herroepingsrecht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat NTI niet aan haar wettelijke informatieverplichtingen heeft voldaan, waardoor de herroepingstermijn niet is ingegaan. De consument heeft op 6 november 2018 telefonisch aangegeven de overeenkomst te willen beëindigen, wat tijdig was, gezien de omstandigheden. De kantonrechter heeft de vordering van NTI afgewezen en in reconventie NTI veroordeeld tot terugbetaling van € 650,00 aan de consument. De proceskosten zijn voor rekening van NTI, begroot op nihil.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 8851851 CV EXPL 20-19841
vonnis van: 12 april 2021
fno.: 515

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

de besloten vennootschap NTI B.V.,

gevestigd te Leiden,
eiseres,
nader te noemen: NTI,
gemachtigde: ACCS gerechtsdeurwaarders,
t e g e n

[gedaagde] ,

wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
nader te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

  • dagvaarding van 20 oktober 2020, met producties;
  • antwoord;
  • instructievonnis;
  • repliek.
Hoewel daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft [gedaagde] geen conclusie van dupliek genomen. Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Feiten

1. Als gesteld en niet (voldoende) weersproken staat het volgende vast.
1.1.
[gedaagde] heeft met NTI een opleidingsovereenkomst gesloten. De overeenkomst is op afstand tot stand gekomen.
1.2.
Bij schriftelijke bevestiging van 5 januari 2018 is door NTI aan [gedaagde] meegedeeld dat het een cursus PW 3 Kinderopvang betrof. Als de gekozen startdatum wordt 4 januari 2018 vermeld en als studieduur 18 maanden. De kosten van het lesgeld bedragen volgens de bevestiging 99,45 per maand, de examenkosten € 865,00 en de studiekosten € 122,64 per maand.
1.3.
NTI hanteert algemene inschrijfvoorwaarden.
1.4.
[gedaagde] heeft aan haar verzonden facturen onbetaald gelaten.
1.5.
Op 6 november 2018 is er telefonisch contact geweest tussen NTI en [gedaagde] .

De vordering

2. NTI vordert veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 1.226,40 aan hoofdsom,
€ 24,75 aan wettelijke rente tot aan de dagvaarding, de wettelijke rente na dagvaarding en € 104,62 aan buitengerechtelijke kosten, totaal € 1.355,77, waarop € 650,00 aan betalingen in mindering strekt, zodat € 705,77 resteert. In deze procedure heeft NTI haar vordering beperkt tot € 500,00.
3. NTI stelt daartoe dat [gedaagde] de facturen vanaf 2 september 2018 tot en met 30 mei 2019 onbetaald heeft gelaten. Ze heeft haar vordering uit handen gegeven, nadat zij [gedaagde] had aangemaand, zodat [gedaagde] buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente verschuldigd is. NTI heeft aan haar informatieverplichtingen voldaan en van oneerlijke bedingen is geen sprake, aldus NTI. Op 6 november 2018 heeft [gedaagde] gebeld met NTI om aan te geven dat ze de opleiding eerder al zou hebben stopgezet. NTI heeft gevraagd naar een schriftelijk bewijs, maar dat heeft [gedaagde] nooit toegestuurd. Op grond van artikel 8 van de inschrijfvoorwaarden dient een tussentijdse opzegging schriftelijk, per e-mail of via het meldingssysteem plaats te vinden, hetgeen niet is gebeurd. NTI heeft de dienstverlening per 28 december 2018 opgeschort en de opleiding gepauzeerd. NTI acht een opschorting van zes maanden redelijk.

Het verweer

4. [gedaagde] heeft verweer gevoerd. Verder heeft zij gevraagd of zij een deel van haar betaalde geld terug kan krijgen.

Beoordeling

5. [gedaagde] is consument en er is sprake van een overeenkomst op afstand, zodat de kantonrechter onder meer ambtshalve moet toetsen of NTI aan haar wettelijke informatieverplichtingen heeft voldaan.
6. De door NTI overgelegde stukken hebben slechts voor een gering deel betrekking op de contractuele- en precontractuele fase van de tussen haar en [gedaagde] gesloten overeenkomst. Uitsluitend de bevestiging van de overeenkomst van 5 januari 2018 is door NTI overgelegd. Voor het overige heeft NTI volstaan met schermafdrukken van het inschrijfproces zoals dat kennelijk op de datum van uitprinten, 13 februari 2020 plaatsvond. Voor zover daardoor onduidelijkheid bestaat over de feitelijke situatie ten tijde van de totstandkoming van de overeenkomst tussen partijen, komt dat voor rekening en risico van NTI. Het ligt immers op de weg van NTI om bewijs aan te dragen dat zij in de onderhavige zaak volledig aan haar wettelijke informatieverplichtingen heeft voldaan en niet of zij dat inmiddels doet.
7. Niet gebleken is dat NTI [gedaagde] heeft gewezen op haar herroepingsrecht. In de overgelegde schermafdrukken wordt slechts vermeld “14 dagen vrijblijvend op proef”, maar dat is niet het op voldoende duidelijk verwijzen naar het herroepingsrecht in de precontractuele fase. Verder verwijzen de algemene inschrijfvoorwaarden in artikel 2 naar het herroepingsrecht, maar een vermelding in dergelijke voorwaarden is onvoldoende duidelijk en kenbaar, nog daargelaten of deze vermelding ook al in 2018 in deze voorwaarden was vermeld.
8. Daarbij komt nog dat uit de overgelegde schermafdrukken valt af te leiden dat NTI zich op de website afficheert met een telefoonnummer met de vermelding “Bel gerust”. Op grond daarvan geldt de uitspraak van het Europees Hof van justitie van 14-05-2020, nr. C-266/19, ECLI:NL:C:2020:384. Daarin is overwogen dat artikel 6, lid 1, onder c, van richtlijn 2011/83 aldus moet worden uitgelegd dat in een situatie waarin het telefoonnummer van een handelaar op zijn website zodanig verschijnt dat het in de ogen van een gemiddelde consument, te weten een normaal geïnformeerde, redelijk omzichtige en oplettende consument, suggereert dat deze handelaar dat telefoonnummer gebruikt voor zijn contacten met de consument, dit telefoonnummer moet worden geacht ‘beschikbaar’ te zijn in de zin van deze bepaling. In een dergelijk geval moet artikel 6, lid 1, onder c) en h), en lid 4, van deze richtlijn, gelezen in samenhang met bijlage I, deel A, bij deze richtlijn, aldus worden uitgelegd dat de handelaar die de consument, voordat deze door een overeenkomst op afstand of een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst is gebonden, de informatie inzake de modaliteiten voor de uitoefening van het herroepingsrecht verstrekt met gebruikmaking van de modelinstructies vermeld in die bijlage I, deel A, verplicht is om dit telefoonnummer in die instructies te vermelden zodat deze consument hem in voorkomend geval zijn beslissing om gebruik te maken van dat recht kan meedelen via dat nummer.
9. Op grond van het vorenstaande staat vast dat NTI niet heeft voldaan aan haar verplichting om [gedaagde] te wijzen op de mogelijkheid om de overeenkomst te herroepen. Daar was in dit geval extra aanleiding voor, nu [gedaagde] als Filipijnse, een Nederlandse cursus had besteld, Nederlandse boeken ontving en bemerkte dat zij de taal onvoldoende machtig was. Dat betekent dat de herroepingstermijn van veertien dagen waarbinnen door [gedaagde] de overeenkomst kon worden opgezegd, niet is gaan lopen op 5 januari 2018, maar is verlengd met maximaal één jaar, nu niet is gebleken dat NTI na 5 januari 2018 dergelijke informatie aan [gedaagde] heeft verstrekt. Niet in geschil is tussen partijen dat [gedaagde] op 6 november 2018 aan NTI telefonisch kenbaar heeft gemaakt dat zij de overeenkomst niet wenste. Dat is derhalve tijdig en in overeenstemming met de daartoe geldende voorwaarden, nu het inroepen van het herroepingsrecht ook telefonisch kan. Ten onrechte heeft NTI de voorwaarde gesteld dat [gedaagde] alleen schriftelijk van de overeenkomst afkon.
10. Het vorenstaande leidt ertoe dat NTI geen vordering heeft op [gedaagde] en [gedaagde] de door haar gedane betalingen onverschuldigd heeft gedaan. Bij gebreke van een duidelijke opstelling van hetgeen [gedaagde] totaal aan NTI heeft betaald, wordt aansluiting gezocht bij hetgeen NTI daarover in de stukken heeft gesteld, een bedrag van € 650,00. Dit bedrag zal in reconventie worden toegewezen.
11. De proceskosten van [gedaagde] komen voor rekening van NTI. Deze worden begroot op nihil.

BESLISSING

De kantonrechter:

In conventie:

wijst de vordering af;

In reconventie

veroordeelt NTI tot betaling aan [gedaagde] van € 650,00;
verklaart de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.

In conventie en in reconventie

veroordeelt NTI in de kosten van het geding tot op heden aan de zijde van [gedaagde] begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door E. Pennink, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 12 april 2021 in tegenwoordigheid van de griffier.