Uitspraak
beslissing
RECHTBANK Amsterdam
wonende te [woonplaats] ,
hierna te noemen: verzoeker
hierna te noemen: de rechters.
- een proces-verbaal van de terechtzitting van de meervoudige strafkamer op 16 maart 2021 met daarin opgenomen het wrakingsverzoek;
- een schriftelijke reactie van de rechters;
- een mailbericht van 19 maart 2021 van mr. H. Hoekstra, officier van justitie, met daarin het standpunt van het Openbaar Ministerie ten aanzien van het wrakingsverzoek.
1.De feiten
“
Na een onderbreking voor beraad wordt het onderzoek ter zitting hervat.De voorzitter deelt als beslissing van de rechtbank het volgende mee:De rechtbank heeft zich beraden over de situatie die is ontstaan, nu uw advocaat heeft laten weten de verdediging neer te leggen. U zit hier nu zonder advocaat. Dat is erg vervelend, want er staat voor u veel op het spel. Wij moeten nu beslissen hoe het verder moet. Daarbij speelt nog iets anders. U bent onderzocht door een psycholoog en een psychiater en u bent onderzocht in het PBC. Daarnaast heeft de rechtbank een indruk van u gekregen ter zitting. De rechtbank heeft, gezien al die zaken samen, het vermoeden gekregen dat u wellicht niet in staat bent te begrijpen wat er nodig is om uw belangen op een goede manier te vertegenwoordigen (…).
2.Het wrakingsverzoek
3.De reactie van de rechter
5.De beoordeling van het verzoek
onpartijdig is, de wrakingskamer er vanuit gaat dat verzoeker kennelijk heeft gezegd, althans heeft bedoeld te zeggen, dat hij de rechtbank partijdig vindt.
6.Geen nieuwe wrakingsverzoeken
- wijst het verzoek tot wraking af
- bepaalt dat een volgende wrakingsverzoek tegen de rechters in de bij de strafkamer aanhangige procedure niet meer in behandeling zal worden genomen