Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
[eiser 3],
[eiser 4],
[eiser 5],
[eiser 6],
1.De procedure
- de dagvaarding, met producties,
- het tegen gedaagde verleende verstek.
2.De beoordeling
1.770,00(1,0 punt × tarief € 1.770,00)
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 24 februari 2021 een verstekvonnis gewezen in een civiele procedure tussen meerdere eisers, wonende in het Verenigd Koninkrijk, en de gedaagde, UBER B.V., gevestigd te Amsterdam. De eisers, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.H. Ekker, hebben de rechtbank verzocht om een aantal besluiten van UBER B.V. te vernietigen die betrekking hebben op de beëindiging van hun accounts en beschuldigingen van frauduleuze handelingen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de besluiten van UBER B.V. uitsluitend zijn gebaseerd op geautomatiseerde verwerking, waaronder profilering, en dat deze besluiten rechtsgevolgen voor de eisers met zich meebrachten, zoals bedoeld in artikel 22 lid 1 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
De rechtbank heeft de geautomatiseerde besluiten van UBER B.V. vernietigd en de gedaagde bevolen om binnen een week na betekening van het vonnis de deactivering van de Uber Driver accounts van de eisers ongedaan te maken. Daarnaast is UBER B.V. veroordeeld tot het betalen van dwangsommen en schadevergoedingen aan de eisers, die variëren van € 5.000,00 per dag voor het niet nakomen van de hoofdveroordeling tot specifieke bedragen voor elke eiser, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten aan de zijde van de eisers zijn begroot op € 3.536,89, te vermeerderen met wettelijke rente. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen.