ECLI:NL:RBAMS:2020:7579

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
29 juli 2020
Publicatiedatum
4 augustus 2022
Zaaknummer
C/13/684387 / HA ZA 20-532
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verstek
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake geldleningsovereenkomst met verstek

Op 29 juli 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam een vonnis gewezen in een civiele zaak tussen de eiseressen, Gebrüder Schoeller Beteiligungsverwaltungs GmbH en Schoeller Holding SE & Co. KGaA, gevestigd te Pullach in Duitsland, en de gedaagde, die niet is verschenen. De eiseressen werden vertegenwoordigd door advocaat mr. J.L.A. Nicolai uit 's-Gravenhage. De procedure is gestart met een dagvaarding en de rechtbank heeft op basis van de ingediende stukken en het verleende verstek een oordeel geveld.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de vordering van de eiseressen niet onrechtmatig of ongegrond is. De gedaagde is veroordeeld om aan de eiseressen een bedrag van € 639.403,74 te betalen, vermeerderd met een contractuele rente van 3% per jaar, en het Europese inflatiecijfer CPI, met ingang van 1 mei 2020 tot de dag van volledige betaling. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de eiseressen zijn begroot op € 7.332,96.

Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de eiseressen het vonnis kunnen laten uitvoeren, ook als de gedaagde in beroep gaat. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. P. Vrugt op de datum van uitspraak.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/684387 / HA ZA 20-532
Vonnis van 29 juli 2020
in de zaak van
1. de vennootschap naar buitenlands recht
GEBRÜDER SCHOELLER BETEILIGUNGSVERWALTUNGS GMBH,
gevestigd te Pullach (Duitsland),
2. de vennootschap naar buitenlands recht
SCHOELLER HOLDING SE & CO. KGAA,
gevestigd te Pullach (Duitsland),
eiseressen,
advocaat mr. J.L.A. Nicolai te 's-Gravenhage,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] (gemeente [gemeente] ),
gedaagde,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding,
  • de akte overlegging producties,
  • het tegen gedaagde verleende verstek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Het gevorderde komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal als volgt worden toegewezen.
2.2.
Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiseressen worden begroot op:
- dagvaarding € 102,96
- griffierecht 4.131,00
- salaris advocaat
3.099,00(1,0 punt × tarief € 3.099,00)
Totaal € 7.332,96
3. De beslissing
De rechtbank
3.1.
veroordeelt gedaagde om aan eiseressen te betalen een bedrag van € 639.403,74 (zeshonderdnegenendertig duizendvierhonderddrie euro en vierenzeventig eurocent), vermeerderd met de contractuele rente van 3% per jaar, vermeerderd met het Europese inflatiecijfer CPI, over dit bedrag met ingang van 1 mei 2020 tot de dag van volledige betaling,
3.2.
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, aan de zijde van eiseressen tot op heden begroot op € 7.332,96,
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. Vrugt en in het openbaar uitgesproken op 29 juli 2020. [1]

Voetnoten

1.type: AAK