Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
Vonnis van de kantonrechter in het verzoek
ex artikel 96 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van:
[verzoeker sub 1]
de besloten vennootschap [verzoeker 2]
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Feiten
Indien op initiatief van [verzoeker 2] Holding en/of [verzoeker 2] Employment de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd om een andere reden dan een dringende reden als bedoeld in artikel 7:678 BW, zal [verzoeker 2] Employment u binnen een maand na de laatste maand van het dienstverband als finale schadeloosstelling ter zake de beëindiging van uw bestuurderschappen en deze arbeidsovereenkomst een bedrag ineens betalen ter grootte van het alsdan gelden bruto jaarsalaris (aldus zonder emolumenten) onder aftrek van de verplichte (fiscale) inhoudingen en afdrachten, tenzij u alsdan te kennen geeft het bedrag te willen ontvangen op een andere wijze, op voorwaarde dat deze wijze van betaling in overeenstemming is met de bestaande (fiscale) wet- en regelgeving en voor [verzoeker 2] Employment geen kosten met zich brengt. De schadeloos-stelling is inclusief een eventueel wettelijk uit te keren transitievergoeding. Het kan nimmer zo zijn dat u tweemaal een schadeloosstelling of vergoeding ontvangt ter zake de beëindiging van uw bestuurderschappen en de arbeidsovereenkomst en daarom strekt de schadeloosstelling uit hoofde van dit artikel in mindering op een eventueel ooit door een rechter aan u toe te kennen (schade)vergoeding of schadeloosstelling in verband met de beëindiging van uw bestuurderschappen en/of deze arbeidsovereenkomst.Gelet op het salaris van [verzoeker sub 1] kan deze vergoeding (verder de contractuele vergoeding) gesteld worden op een bedrag van € 503.011,11 bruto.
Verzoek
i) Is [verzoeker sub 1] , in de gegeven omstandigheden gerechtigd tot de contractuele beëindigingsvergoeding, of een deel daarvan?
ii) Kan worden bepaald of artikel 5 van de arbeidsovereenkomst geheel dan wel partieel dient te worden ontbonden op grond van het bepaalde in artikel 6:258 BW, in dier voege dat de Contractuele Beëindigingsvergoeding niet, of niet geheel, opeisbaar is?
Standpunt [verzoeker sub 1]
Standpunt [verzoeker 2]
Beoordeling
De billijke vergoeding
Samenvatting
BESLISSING
nietgerechtigd tot een billijke vergoeding op grond van artikel 7:682 lid 3 sub a en/of sub b BW;