Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
beschikking geschillenregeling
[de moeder] , hierna te noemen de moeder,wonende te [woonplaats] , advocaat mr. J. van Weers,
Het procesverloop
14 augustus 2020.
De feiten
ingang van 29 april 2020 uit te voeren door JBRA.
Het verzoek
De standpunten
De beoordeling
Met de moeder is het hof voorts van oordeel dat de GI tot nu toe weinig heeft ondernomen om aan de problematiek van het gezin te werken of daarnaar nog nader onderzoek te laten doen. Nu een goed alternatief voor handen lijkt in de vorm de hulp van Cumulus Home, is het hof met de kinderrechter onvoldoende ervan overtuigd dat verdere voortzetting van de machtiging in het belang van [minderjarige] noodzakelijk is, ook al adviseert Spirit Hecht haar plaatsing in een gespecialiseerd gezinshuis.Zoals de advocaat van de moeder ter zitting naar voren heeft gebracht, zal de GI bij het gezin betrokken blijven in het verplichtende kader van de ondertoezichtstelling; in die zin is de situatie anders dan vóór de uithuisplaatsing. Maar zoals het hof ter zitting in hoger beroep richting de moeder heeft benadrukt, is het dan echter wel van groot belang dat zij beter dan voorheen zal samenwerken met de GI. De moeder dient zich te realiseren dat zij met deze beslissing van het hof voor nu het voordeel van de twijfel krijgt. De zorgen over [minderjarige] blijven onveranderd groot.