Op 30 september 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 18 juni 2020 in Amsterdam beschuldigd werd van diefstal van flesjes wijn en sandwiches van de Albert Heijn. Tijdens de zitting op 16 september 2020 was de verdachte aanwezig, samen met zijn raadsman, mr. T.H.L. Kneepkens. De officier van justitie, mr. M.M. van den Berg, heeft de vordering ingediend en de verdachte heeft het ten laste gelegde feit bekend. De rechtbank heeft op basis van de bekennende verklaring, de aangifte en camerabeelden vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de diefstal.
De rechtbank heeft de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan in overweging genomen. De verdachte heeft een strafblad en is eerder veroordeeld voor soortgelijke feiten. De officier van justitie heeft een ISD-maatregel geëist, maar de rechtbank heeft besloten deze niet op te leggen, omdat de verdachte recentelijk positieve veranderingen in zijn leven heeft doorgemaakt. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte de kans moet krijgen om zijn leven te verbeteren en heeft hem een gevangenisstraf van één maand opgelegd, met aftrek van voorarrest. De rechtbank heeft ook het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven.