Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechter
de vereniging VERENIGING VAN EIGENAARS [adres 1] TE [vestigingsplaats 1]
1. [gedaagde 1]
4. [gedaagde 4]
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
17 januari 2020. Voorafgaand aan de zitting heeft [gedaagden] om aanhouding verzocht, in verband met een nog lopende (hierna te bespreken) procedure in hoger beroep. De VvE heeft zich tegen aanhouding verzet, waarop de kantonrechter partijen heeft bericht dat de zaak niet op voorhand wordt aangehouden.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Feiten
16 november 2018:3. Replace balconies and overdue maintenance back facade of main house. Decision: Authorisation to allocate a maximum amount of € 46.000,-. See previous information sent by email including report. The costs for the back façade are for the owners of [adres 1] . Number of bids, responsibility and type of new balconies.
Hierbij stellen wij u formeel in gebreke aangaande de naleving van Artikel 28 van het modelreglement 2006. Uw achterstallig onderhoud aan het balkon heeft een direct gevaar tot gevolg voor uw huurders en bewoners van de lager gelegen appartementen. (…)Indien u niet voor 1 maart 2019 bent begonnen met het concrete herstel van de balkons en dit herstel niet tijdig (met inachtneming van de door de Gemeente gestelde en nog te stellen termijnen) is voltooid, zien wij ons genoodzaakt over te gaan tot het instellen van boetes aan u beide, ten bedrage van € 100,00 per dag dat de overtreding voortduurt.
18. Op zichzelf betekent het feit dat in het Splitsingsreglement is bepaald dat de balkons tot de privé gedeelten behoren niet zonder meer dat ook de gehele balkonconstructies tot de privé gedeelten behoren. In privé gedeelten kunnen zich immers ook gemeenschappelijke gedeelten en zaken bevinden (zoals gevels of dragende muren, en in dit geval de balkonconstructie).19. Als niet bestreden staat vast dat de slechte staat van de balkons het gevolg is van het niet onderhouden van de balkons door [gedaagden] Daaruit leidt de kantonrechter af dat geen sprake is van een gebrek in de constructie van de balkons. Dat betekent dat de VvE [adres 1] niet verantwoordelijk is voor het herstel van de balkons en de kosten van vervanging voor rekening zijn [gedaagden]Over de boetes overwoog de kantonrechter:
30. De kantonrechter verstaat de brief van 12 december 2018 als een aankondiging van een mogelijke boete na 1 maart 2019. In zoverre is geen sprake van een besluit, dat voor vernietiging in aanmerking komt. Het is de kantonrechter niet duidelijk of inmiddels door het bestuur is besloten om de aangekondigde boete daadwerkelijk op te leggen. In het verweerschrift wordt gesteld van (nog) niet (randnummer 4.27). Uit de toelichting ter zitting blijkt dat dit wel het geval zou zijn, en voor de incassering een dagvaardingprocedure is gestart.31. De kanontonrechter merkt op dat op basis van de beschikbare stukken niet kan worden vastgesteld dat de Gemeente de gestelde en nog te stellen termijnen, waarop de VvE zich klaarblijkelijk beroept, formeel heeft gecommuniceerd. Evenmin is gebleken van een besluit van de VvE dat inhoudt dat [gedaagden] uiterlijk 1 maart 2019 met het herstel moeten starten. In het besluit balkons is alleen gesteld dat zij daar tijdig mee aan de slag dienen te gaan. De brief van 12 december 2018 is geen besluit van de VvE.
.In deze brief staat onder meer:
Geconstateerd moet worden dat er nog geen concreet herstel van de balkons is aangevangen, ondanks het dringende verzoek daartoe in voornoemde brief.Derhalve is met ingang van 1 maart 2019 jegens u beiden een boete opeisbaar van € 100,00 per dag.
vordering en verweer in conventie
vordering en verweer in reconventie
beoordeling in conventie
€ 1.710,55.
26 februari 2019 zijn plannen kenbaar heeft gemaakt, waarna offertes zijn opgevraagd. Uiteindelijk zijn de bouwwerkzaamheden in mei en juni 2019 uitgevoerd. Uit deze gang van zaken blijkt dat [gedaagden] al ruim voor 1 maart 2019 was begonnen met het herstel van de balkons. Anders dan de VvE veronderstelt mocht [gedaagden] er in redelijkheid van uitgaan dat onder “herstel van de balkons” het gehele traject van herstel werd verstaan, dus ook het – onvermijdelijke – traject van vergunningverlening en offerte. Bovendien heeft de gemeente Amsterdam geen boetes opgelegd. Dat betekent dat in ieder geval niet voldaan is aan de tweede voorwaarde die in de brief van
12 december 2019 wordt genoemd voor verschuldigdheid van boetes.