ECLI:NL:RBAMS:2020:5391

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
27 mei 2020
Publicatiedatum
9 november 2020
Zaaknummer
C/13/679637 / KG ZA 20-123
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over auteursrechten en licentieovereenkomst betreffende softwareontwikkeling en exploitatie

In deze zaak, die zich afspeelt in het kader van een kort geding, vorderen de besloten vennootschappen PayingIT B.V. en PayingIP B.V. een verbod op inbreuk op hun auteursrechten door Workrate Holding B.V. Het geschil draait om de auteursrechten op de software Usemate, die door Workrate is ontwikkeld en later is overgedragen aan PayingIT. PayingIT stelt dat Workrate inbreuk maakt op haar auteursrechten door de software verder te ontwikkelen en te exploiteren zonder toestemming. Workrate betwist dat PayingIT de auteursrechten bezit en stelt dat de 2015-kopie van de software met medeweten van PayingIT is gemaakt. De voorzieningenrechter oordeelt dat niet aannemelijk is dat PayingIT de auteursrechthebbende is en dat er geen inbreuk op de auteursrechten heeft plaatsgevonden. De vorderingen van PayingIT worden afgewezen, en zij worden veroordeeld in de proceskosten van Workrate.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/679637 / KG ZA 20-123 BB / JD
Vonnis in kort geding van 27 mei 2020
in de zaak van
de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
1. PAYINGIT B.V.,

2. PAYINGIP B.V.,

beide gevestigd te Amsterdam,
eiseressen bij concept-dagvaarding,
advocaat mr. M. van Schoonhoven te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
WORKRATE HOLDING B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde, vrijwillig verschenen,
advocaat mr. P.G. van der Putt te Amsterdam.
Partijen zullen hierna PayingIT, PayingIP en Workrate worden genoemd.

1.De procedure

Op de mondelinge behandeling van 13 mei 2020 heeft PayingIT haar vorderingen zoals omschreven in de dagvaarding toegelicht. Workrate heeft verweer gevoerd. PayingIT heeft producties in het geding gebracht. Beide partijen hebben pleitaantekeningen overgelegd.
Op de mondelinge behandeling waren aanwezig:
aan de zijde van PayingIT en PayingIP
- mr. Van Schoonhoven,
- [betrokkene eiser 1] , [functie 1] bij PayingIT,
- mr. M. Weij, adviseur,
- [betrokkene eiser 2] , [functie 2] bij PayingIT
aan de zijde van Workrate
- mr. J.N.A. Dijkman,
- mr. P.V. van der Putt,
- [betrokkene gedaagde 3] , [functie 3] Workrate.
Na verder debat is vonnis bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
PayingIT levert software diensten op het gebied van onder meer payrolling, personeelsplanning en salarisadministratie. De software die PayingIT exploiteert heet Usemate.
2.2.
Workrate houdt zich bezig met datacenterbeveiliging en ondersteunt klanten bij het volgen van de juiste beveiligingsprocessen. Zij biedt een softwarepakket aan voor het managen van processen en het borgen van compliance onder de naam Workstate.
2.3.
Rond 2008 heeft Workrate software ontwikkeld onder de naam Workmate, ten behoeve van het automatiseren van planning van haar professionals, training, urenregistratie, werkinstructies, functioneren en andere HR-zaken.
2.4.
Op 28 augustus 2013 is Usemate B.V. opgericht door de heer [betrokkene eiser 1] , handelend als enig bestuurder van [naam bv 1] B.V., en door de heer [naam 1] , handelend als enig bestuurder van [naam bv 3] B.V. Op dezelfde dag hebben [naam bv 1] en [naam bv 3] 49 % van de aandelen in het kapitaal van Usemate B.V. verkocht en geleverd aan Workrate. Op of omstreeks die datum is de naam van het softwarepakket Workmate veranderd in Usemate.
2.5.
Op 6 juli 2016 hebben [naam bv 1] , [naam bv 3] en [naam bv 2] B.V. een overeenkomst gesloten met Workrate ter zake van de koop, respectievelijk verkoop en levering van alle aandelen van Workrate in Usemate B.V. en verkoop en levering van “de Software” aan PayingIP (hierna: de Koopovereenkomst). Onder “de Software” wordt in de Koopovereenkomst het volgende verstaan.
1. INTERPRETATIE
(…) software voor het plannen van personeel, het bijhouden van personeelszaken en het voeren van de backoffice, waaronder automatisering op financieel gebied en koppelingen naar financiële pakketten, zoals boekhoudpakketten en verloningspakketten en alle management rapportages onder de merknaam “Usemate”, waaronder begrepen alle updates of nieuwe releases van deze software van tijd tot tijd, met uitzondering van maatwerkmodules;
2.6.
Over de koop en verkoop van Usemate is in de Koopovereenkomst onder meer het volgende bepaald.

3.2 Bij de levering wordt de Software Onbezwaard geleverd door middel van bezitsverschaffing door de Verkoper aan PayingIP van de Software (zowel de broncode als de machinecode) en het verschaffen van toegang tot alle data bases, bestanden en overige administratie die verband houden met de Software.”
2.7.
PayingIP en Workrate hebben op 6 juli 2016 ook een licentieovereenkomst gesloten, die als bijlage bij de Koopovereenkomst is opgenomen (hierna: de Licentieovereenkomst). Daarin is onder meer het volgende bepaald:
“2.1 [PayingIP] verleent hierbij aan [Workrate] en aan haar Groepsmaatschappijen (…) het onherroepelijke niet-exclusieve wereldwijde recht om niet (royalty free) (deLicentie) voor het interne gebruik en externe gebruik overeenkomstig Artikel 2.2 door [Workrate] en de Groepsmaatschappijen van door [PayingIP] ontwikkelde of nog te ontwikkelen software voor het plannen van personeel, het bijhouden van personeelszaken en het voeren van de backoffice, waaronder automatisering op financieel gebied en koppelingen naar financiële pakketten, zoals boekhoudpakketten en verloningspakketten en alle management rapportages onder de merknaam “Usemate”, waaronder begrepen alle updates of nieuwe releases van deze software van tijd tot tijd, met uitzondering van maatwerkmodules specifiek ontwikkeld door [PayingIP] voor klanten (deSoftware). Op de datum van deze overeenkomst bestaat de Software in ieder geval uit de modules zoals opgenomen in deBijlagebij deze overeenkomst.
2.2 [
Workrate] heeft het recht (maar niet de verplichting) om op enig moment gedurende de looptijd van deze Overeenkomst de Software commercieel te exploiteren aan derden als distributeur van de Licentiegever.” (…)
2.4 [
Workrate] is te allen tijde gerechtigd om [PayingIP] schriftelijk te verzoeken om applicaties te ontwikkelen voor, of aanpassingen of uitbreidingen aan te brengen op, de Software die door [PayingIP] (…) zullen worden beheerd (Workrate Aanpassingen). (…)

5.Intellectuele eigendomsrechten

5.1
Niettegenstaande artikel 6.4, komen alle intellectuele eigendomsrechten op (verbeteringen, uitbreidingen of aanpassingen op) de Software toe aan [PayingIP], tenzij Partijen anders overeenkomen.
5.2
De broncode van de Software is en blijft het intellectueel eigendom van [PayingIP] en [Workrate] is niet gerechtigd om de broncode van de Software op enigerlei wijze commercieel te exploiteren. (…)”
2.8.
In de bijlage van de Licentieovereenkomst is onder meer het volgende bepaald.
“De volgende modules voor de Software zijn beschikbaar op de datum van deze overeenkomst:
/src/portal/portlets/workrate/www/portal/templates/workmate
(…)”
2.9.
Na het sluiten van de koopovereenkomst en de licentieovereenkomst is de naam van Usemate B.V. veranderd in PayingIT.
2.10.
Op 13 juni 2019 heeft PayingIT een verzoekschrift tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor ingediend bij deze rechtbank om duidelijkheid en/of bewijs te krijgen over de wijze van gebruik van de Usemate software door PayingIT, meer in het bijzonder omtrent de inrichting na het sluiten van de Licentieovereenkomst, mogelijke aanpassingen en doorontwikkelingen nadien, alsmede omtrent de aard en de omvang van het (vroegere en huidige) gebruik en de eventuele commerciële exploitatie van de Usemate software, teneinde vast te stellen of sprake is van contract- en auteursrechtinbreuk. Deze rechtbank heeft dat verzoek op 1 oktober 2019 toegewezen.
2.11.
Op 17 januari 2019 heeft het voorlopige getuigenverhoor plaatsgevonden, waarbij mr. Van Schoonhoven getuigen [naam 3] (werkzaam bij Equinix, een klant van Workrate) en [naam 2] (een software architect die opdrachten verricht voor Workrate en betrokken is geweest bij de ontwikkeling van de Usemate software) vragen heeft gesteld. Het voorlopige getuigenverhoor is onderbroken, omdat de advocaat van PayingIT vroegtijdig vertrok. Voortzetting van het voorlopige getuigenverhoor heeft thans nog niet plaatsgevonden.
2.12.
Bij dagvaarding van 24 april 2020 heeft Workrate PayingIT, PayingIP, [naam bv 1] , [naam bv 2] , [betrokkene eiser 1] en [betrokkene eiser 2] gedagvaard in een bodemprocedure.

3.Het geschil

3.1.
PayingIT en PayingIP vorderen, verkort weergegeven,
I Workrate te verbieden inbreuk te maken op de auteursrechten van PayingIT op (onderdelen van) de Usemate software, alsmede op schending van de Licentieovereenkomst;
II Workrate te bevelen om schriftelijk opgave te doen van bepaalde informatie;
III Workrate te bevelen hun Nederlandstalige afnemers een brief te zenden met onder meer de mededeling dat zij inbreuk hebben gemaakt op de auteursrechten van PayingIT;
IV Workrate te bevelen alle inbreukmakende software te verwijderen;
V Workrate te veroordelen tot betaling van een dwangsom indien zij in gebreke blijft met het onder I tot en met IV gevorderde;
VI Workrate te veroordelen in de kosten van dit geding overeenkomstig het bepaalde in artikel 1019h Rv;
VII een termijn van zes maanden te bepalen waarbinnen een bodemprocedure aanhangig moet worden gemaakt, op basis van artikel 1019i Rv;
subsidiair
I een of meerdere voorzieningen te treffen die de voorzieningenrechter in goede justitie geraden acht.
3.2.
PayingIT en PayingIP hebben aan haar vorderingen het volgende ten gronde gelegd. Workrate gebruikt Usemate op een wijze die de auteursrechten van PayingIT schendt en in strijd is met de Licentieovereenkomst.
In de eerste plaats is de inbreuk van de auteursrechten gelegen in de integrale kopie die Workrate in 2015 heeft gemaakt van Usemate (hierna: de 2015-kopie). Uit het voorlopige getuigenverhoor is gebleken dat daarnaast nog andere kopieën van Usemate in omloop zijn, die allen een inbreuk op de auteursrechten van PayingIT vormen.
In de tweede plaats ontwikkelt Workrate de 2015-kopie verder en maakt daarbij aanpassingen in de broncode. Dit is in strijd met het auteursrecht en artikel 2.4 van de Licentieovereenkomst waaruit volgt dat doorontwikkelingen aan PayingIT moeten worden verzocht. Dit is niet gebeurd.
In de derde plaats exploiteert Workrate de doorontwikkelde 2015-kopie ten behoeve van derden, in ieder geval voor haar klanten Equinix en InterXion. Dit is in strijd met de Licentieovereenkomst en is tevens een inbreuk op het exclusieve recht van openbaarmaking, dat PayingIT als auteur toekomt, aldus steeds PayingIT.
3.3.
Workrate heeft daartegen aangevoerd dat PayingIT niet over het auteursrecht op Usemate beschikt. Voorafgaande aan de koopovereenkomst in 2016 waren partijen kennelijk in de veronderstelling dat de auteursrechten op Usemate bij Usemate B.V. (nu PayingIP) berustten. De auteursrechten zijn echter nooit door Workrate ingebracht in Usemate B.V. en zijn ook later niet aan haar overgedragen. De 2015-kopie is destijds met medeweten van [betrokkene eiser 1] gemaakt om technische redenen. PayingIT, PayingIP en [betrokkene eiser 1] waren daar van op de hoogte en hebben daar vóór deze procedure geen bezwaar tegen gemaakt, waaruit blijkt dat zij impliciet akkoord zijn gegaan met deze handelwijze.
Workrate betwist dat het verder ontwikkelen van de 2015-kopie voor intern gebruik in strijd is met de Licentieovereenkomst. Desalniettemin ontkent Workrate dat zij de Usemate software verder ontwikkelt.
Tot slot ontkent Workrate dat zij Usemate, al dan niet een versie daarvan die zij op basis van de 2015-kopie verder heeft ontwikkeld, exploiteert ten behoeve van derden. De softwareapplicatie Workstate maakt wel gebruik van coderegels die in een map waren opgeslagen, waar ook de Usemate software was opgeslagen op het moment dat Usemate software aan PayingIP is geleverd, maar deze ‘shared modules’ maken geen onderdeel uit van Usemate, aldus steeds Workrate.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
PayingIT heeft haar vorderingen gebaseerd op de standpunten dat Workrate inbreuk maakt op haar auteursrechten en de Licentieovereenkomst schendt. Die vorderingen kunnen in kort geding alleen worden toegewezen indien voldoende aannemelijk is dat de bodemrechter de standpunten van PayingIT zal volgen en indien van haar niet kan worden gevergd dat zij de uitslag van de bodemprocedure afwacht.
4.2.
Niet in geschil is dat de broncode van de Usemate software auteursrechtelijk is beschermd. Voorshands is echter niet aannemelijk dat PayingIP auteursrechthebbende is op deze broncode, noch op enig ander onderdeel van deze software. Usemate is vanaf 2008 ontwikkeld (toen nog ‘Workmate’ geheten) door Workrate, die daartoe opdrachten verleende aan [naam bv 4] B.V., het bedrijf van de heer [naam 2] . Niet is gebleken dat Workrate op enig moment haar auteursrechten op de software heeft ingebracht in PayingIT (toen nog Usemate B.V. geheten), danwel dat Workrate of [naam bv 4] auteursrecht aan PayingIT hebben overgedragen door middel van een daartoe bestemde akte, conform artikel 2 lid 3 van de Auteurswet.
4.3.
Partijen zijn het er echter wel over eens dat het de bedoeling van partijen was dat PayingIP na de koop van de aandelen in Usemate B.V. en van de software Usemate over de auteursrechten op die software zou beschikken. Workrate heeft dan ook toegezegd de auteursrechten op Usemate die bij haar rusten op eerste verzoek over te dragen aan PayingIP, onder de voorwaarde dat haar uitleg van de Licentieovereenkomst in acht wordt genomen. Onder deze omstandigheden heeft PayingIT een spoedeisend belang bij haar vorderingen, gebaseerd op de gestelde schending van de Licentieovereenkomst en de daarmee samenhangende gestelde auteursrechtinbreuk.
4.4.
Centraal in deze procedure staat de Usemate software. Partijen verschillen van mening over wat onder deze software moet worden verstaan. Voor de beoordeling of aannemelijk is dat de handelingen van Workrate inbreuk maken op de auteursrechten daarop, dan wel de Licentieovereenkomst schenden, moet daarom eerst de omvang van de verkochte Usemate software en het daarop rustende auteursrecht worden bepaald.
Omvang Usemate software en hiermee samenhangende auteursrechten
4.5.
Zoals overwogen onder 4.2 is voorshands niet aannemelijk dat de auteursrechten op Usemate op dit moment bij PayingIP, danwel PayingIT rusten. Van het bestaan van een auteursrechtoverdracht door middel van een daartoe bestemde akte waarin is omschreven wat de omvang is van de software als object van de over te dragen auteursrechten is niet gebleken. Het is daarom lastig te zeggen wat de omvang is van de auteursrechten die partijen hebben beoogd over te dragen. Desalniettemin is het mogelijk om de omvang van deze rechten en de Usemate software nader te bepalen. Hiertoe moeten de Koopovereenkomst en Licentieovereenkomst nader worden uitgelegd. Daarbij dient de voorzieningenrechter acht te slaan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer aan het overeengekomene mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.
4.6.
Niet in geschil is dat Workrate sinds 2008 drie separate softwareapplicaties heeft ontwikkeld: Workstate, Usemate en Academy. Alle drie de applicaties ‘draaien’ binnen hetzelfde platform, [naam bv 4] Portal Framework, ontwikkeld door en eigendom van [naam bv 4] . De applicaties functioneren niet zonder het [naam bv 4] Portal Framework. De softwareapplicaties bieden de gebruiker verschillende functionaliteiten. Usemate biedt bijvoorbeeld de functionaliteit “plannen personeel” en “bijhouden personeelszaken”. Workstate biedt overwegend andere functionaliteiten zoals “toegangsregistratie” en “locatiebeheer”. Usemate en Workstate bieden ook overeenkomende functionaliteiten, te weten “interfaces/templates”, “rechtenbeheer”, en “instellingenbeheer”.

4.7.
Welke broncode, machinecode, databases en overige softwareonderdelen binnen de structuur zoals hierboven uiteengezet precies onder de Usemate software moeten worden gerekend blijkt volgens PayingIT en PayingIP uit een mail van 30 mei 2016 van [naam 2] aan [betrokkene gedaagde 3] van Workrate, waarin hij een beschrijving van de software heeft opgenomen en specificeert in welke mappen die is opgeslagen.
4.8.
Workrate bevestigt dat de broncode en machinecode van Usemate zijn geleverd door PayingIP de toegang tot die mappen te verlenen, maar betwist dat daaruit de omvang van de verkochte software kan worden afgeleid. Workrate heeft in dat verband gemotiveerd onderbouwd het volgende aangevoerd. Usemate is door en voor Workrate ontwikkeld naast Workstate en Academy, binnen hetzelfde platform, waardoor ze een zekere verwevenheid hebben. Dit komt tot uiting in de vergelijkbare, ‘ondergeschikte functionaliteiten’ (‘interfaces’, ‘rechtenbeheer’ en ‘instellingenbeheer’). Deze functionaliteiten worden aangeroepen door specifieke coderegels in alle drie de applicaties (Usemate, Workstate en Academy), waarna ze worden uitgevoerd door [naam bv 4] Portal Framework, die de benodigde gegevens uit de map /libraries/databestanden haalt. De gegevens waarmee de layout van alle drie de applicaties wordt opgebouwd bevindt zich dus in één en dezelfde map, samen met de gegevens, benodigd voor de werking van de functionaliteit instellingbeheer en rechtenbeheer. De coderegels die genoemde functionaliteiten aanroepen voor alle drie de applicaties bevinden zich ook in één en dezelfde map, te weten /workmate/workrate, aldus Workrate.
4.9.
De voorzieningenrechter overweegt dat de stellingen van Workrate over het bestaan en gebruik van de ‘ondergeschikte functionaliteiten’ worden geschraagd door de uitleg die door [naam 2] is gegeven in antwoord op de door PayingIT gestelde vragen in het voorlopig getuigenverhoor over de software modules (de ‘shared modules’) die betrekking hebben op die ondergeschikte functionaliteiten. Hij heeft daarover onder meer het volgende verklaard.
11. (…) Er zijn een aantal software modules aanwezig. Deze zijn gebouwd op ons eigen portal framework. Het login scherm wordt gefaciliteerd door een combinatie van het [naam bv 4] framework en de shared modules. Dit laatste zijn gedeelde software bibliotheken waar een stuk interface template in verwerkt zit. Daarin zit ook een stuk instellingenbeheer. Dat is een combinatie van Usemate instellingen en Workstate instellingen. Dit geldt ook voor het rechtenbeheer. Ook dat is deels Usemate en deels Workstate. Het is niet een op zichzelf staand pakket. Het kan niet zelfstandig draaien zonder het framework. U vraagt mij of Workstate zelfstandig kan draaien zonder de shared modules. Nee.(…)”
Als uitgangspunt wordt daarom genomen dat deze ‘ondergeschikte functionaliteiten’ worden aangeroepen door specifieke coderegels in zowel de applicatie Usemate als Workstate en Academy. Verder is voorshands aannemelijk dat de heer [betrokkene eiser 1] van PayingIT bekend was met een bepaalde mate van verwevenheid tussen de drie softwareapplicaties, nu niet is weersproken dat hij sinds 2011 in dienst was bij Workrate, waar hij verantwoordelijk was voor softwareontwikkeling en verkoop van Workstate en Usemate.
4.10.
Uit artikel 3.1 van de Koopovereenkomst volgt dat “de software” door Workrate aan PayingIP is verkocht. “De software” is eerder in de overeenkomst gedefinieerd als
“(…) software voor het plannen van personeel, het bijhouden van personeelszaken en het voeren van de backoffice, waaronder automatisering op financieel gebied en koppelingen naar financiële pakketten, zoals boekhoudpakketten en verloningspakketten en alle management rapportages onder de merknaam “Usemate”, waaronder begrepen alle updates of nieuwe releases van deze software van tijd tot tijd, met uitzondering van maatwerkmodules(…)”
4.11.
Aannemelijk is dat partijen de broncode, machinecode, bestanden en andere software onderdelen, benodigd voor de werking van de functionaliteiten van Usemate, die onder deze omschrijving kunnen worden gebracht (‘plannen personeel’, ‘backoffice verloning’, ‘backoffice facturatie’, ‘bijhouden personeelszaken’), hebben beoogd te verkopen en te leveren, overeenkomstig artikel 3.2 van de Koopovereenkomst. Het is dan voor de hand liggend dat partijen ook hebben beoogd het auteursrecht dat samenhangt met deze functionaliteiten over te dragen. Dit valt immers direct onder de in de Koopovereenkomst gegeven beschrijving van “de software”. In essentie zijn partijen het hier in deze procedure ook wel over eens. Evengoed is het dan aannemelijk dat de broncode, machinecode, bestanden of andere softwareonderdelen die géén betrekking hebben op functionaliteiten van Usemate, maar bijvoorbeeld alleen op die van Workstate of Academy, buiten de omvang van de overgedragen software vallen en dus ook buiten de omvang van de beoogde overdracht van auteursrechten daarop, ongeacht in welke map deze zijn of waren opgeslagen.
4.12.
Nu het partijen voor ogen stond dat PayingIT de Usemate software zelfstandig zou gaan exploiteren, is het ook aannemelijk dat partijen er redelijkerwijs vanuit mochten gaan dat ook de broncode, machinecode en andere software onderdelen ter beschikking zou worden gesteld, benodigd voor de ‘ondergeschikte functionaliteiten’ die zien op een goede werking van Usemate (‘interface/templates’, ‘rechtenbeheer’, ’instellingenbeheer’). Dit laat echter onverlet dat het partijen eveneens voor ogen stond dat Workrate gebruik kon blijven maken van de bij Workrate achterblijvende applicaties Workstate en Academy. Deze applicaties maken eveneens gebruik van deze ‘ondergeschikte functionaliteiten’.
4.13.
Hieruit volgt dat de vraag of partijen beoogd hebben het auteursrecht dat verband houdt met deze functionaliteiten over te dragen, ingewikkeld is. Immers, beide partijen dienen te kunnen beschikken over deze functionaliteiten, Het heeft er de schijn van dat partijen ten tijde van het sluiten van de overeenkomsten dit aspect onvoldoende onder ogen hebben gezien. Dit vereist een nader onderzoek naar de feiten, hetgeen het bestek van dit kort geding te buiten gaat. Daar komt nog bij dat door Workrate gemotiveerd is betwist dat deze onderdelen überhaupt vatbaar zijn voor auteursrechtelijke bescherming. Ook dit vraagstuk vereist nader onderzoek.
4.14.
Voorshands is het niet aannemelijk dat de Koop- en Licentieovereenkomst aldus moet worden uitgelegd, dat PayingIT danwel PayingIP ook een exclusief (auteurs)recht hebben verkregen op de softwareonderdelen, benodigd voor de ‘ondergeschikte functionaliteiten’ van Usemate, waar deze overeenstemmen met de broncode, machinecode, bestanden en/of andere softwareonderdelen van Workstate. Dit zou immers een verbodsrecht van PayingIT of PayingIP op het gebruik van die softwareonderdelen impliceren, waardoor de bij Workrate achtergebleven applicatie Workstate effectief de functionaliteiten ‘interface/templates’, ‘rechtenbeheer’, en ‘instellingenbeheer’ zou verliezen en Workrate deze applicaties niet meer ten behoeve van derden zou kunnen exploiteren zonder hun toestemming. Uit de overgelegde correspondentie, de e-mail van 30 mei 2016 van [naam 2] aan [betrokkene gedaagde 3] daaronder begrepen, blijkt nergens dat partijen overdracht van een dergelijk vergaand verbodsrecht met betrekking tot de ‘ondergeschikte functionaliteiten’ voor ogen heeft gestaan.
4.15.
Uit het voorgaande volgt dat voorshands niet kan worden aangenomen dat Workrate op enige wijze inbreuk maakt op auteursrechten van PayingIT of PayingIP, die rusten op de ‘ondergeschikte functionaliteiten’ van de Usemate software.
De 2015-kopie
4.16.
Ten aanzien van de vraag of het bezit van de 2015-kopie onrechtmatig is jegens PayingIT wordt als volgt overwogen. Tussen partijen staat vast dat de totale ‘codebase’ van de drie applicaties (Usemate, Workstate en Academy) omstreeks april 2016 door Workrate is gekopieerd. Workrate heeft aangevoerd dat de 2015-kopie is gemaakt in samenwerking met de heer [betrokkene eiser 1] (van PayingIT) om er voor te zorgen dat Usemate, Workstate en Academy los van elkaar kunnen worden doorontwikkeld. Omdat de applicaties aanvankelijk in één gemeenschappelijke codebase stonden waren zij afhankelijk van elkaars processen. Door de gemeenschappelijke codebase te kopiëren kreeg elke applicatie een eigen versie van de codebase, en zijn die processen los van elkaar komen te staan, aldus Workrate. PayingIT heeft op de mondelinge behandeling in deze procedure toegelicht dat zij één actuele kopie van Usemate toestaat, maar dat Workrate meerdere versies van Usemate blijkt te exploiteren, gebaseerd op meerdere kopieën.
4.17.
Voor zover de 2015-kopie de applicaties Workstate en Academy betreft is geen sprake van een inbreuk op het auteursrecht van PayingIT, noch van een schending van de Koopovereenkomst of Licentieovereenkomst. Evenmin kan voorshands worden aangenomen dat deze kopie inbreuk maakt voor zover de kopie software onderdelen betreft die betrekking hebben op de ‘ondergeschikte functionaliteiten’ van Usemate. Hiervoor is immers overwogen dat het niet aannemelijk is dat partijen hebben beoogd auteursrechten op die softwareonderdelen over te dragen. PayingIT heeft niet weersproken dat Workrate over een kopie van Usemate dient te beschikken om deze te kunnen gebruiken conform de Licentieovereenkomst. Ze ‘host’ de applicatie immers zelf. Voor zover de 2015-kopie de broncode van softwareonderdelen betreft die betrekking hebben op de functionaliteiten ‘plannen personeel’, ‘backoffice verloning’, ‘backoffice facturatie’, en ‘bijhouden personeelszaken’, is voldoende aannemelijk dat partijen overeenstemming hadden over het feit dat Workrate in het bezit is van een kopie van de broncode van Usermate, omdat zij die applicatie anders niet kan gebruiken. Workrate heeft toegelicht daarnaast nog in het bezit te zijn van eerdere versies van Usemate, in het kader van versiebeheer. Deze standpunten worden ondersteund door de verklaring van [naam 2] waarin hij antwoord geeft op de vraag of [naam bv 4] over kopieën van Usemate beschikt.
“5. Ja. Ik durf niet te zeggen hoeveel dit er zijn. (…) er staat een versie [van Usemate] bij Workrate die staat bij Gitlab. Dit staat in hun systeem en op het moment dat je daarin gaat werken haal je de broncode naar een lokale computer. De actuele versie staat alleen bij Workrate. Op het moment dat wij de software moeten installeren op een server van Workrate downloaden wij het eerst uit het versie management systeem van Workrate en uploaden we het naar de productie omgeving van Workrate. De broncode wordt door Payingit aan Workrate beschikbaar gesteld. (…) Je gaat vanuit een centrale omgeving naar een lokale omgeving om dat vervolgens in een productieomgeving te kunnen installeren. Dit kan niet anders.”
Voldoende aannemelijk is dat, voor zover kopieën van Usemate eerdere versies van Usemate betreffen, dan wel lokale kopieën zonder welke de software niet functioneert, deze binnen de Licentieovereenkomst vallen waarin Workrate een intern gebruiksrecht van Usemate wordt toegestaan. Dit zou anders zijn in het geval Workrate deze kopieën ten behoeve van derden exploiteert. Dit komt in het navolgende aan de orde.
Exploitatie ten behoeve van derden
4.18.
PayingIT baseert haar stelling dat Workrate verschillende kopieën van Usemate ter beschikking stelt aan haar klanten op onderdelen van de verklaring van [naam 2] tijdens het voorlopige getuigenverhoor. Hij verklaarde daar onder meer als volgt.
“(…) Dit is de interface template die in de shared modules staat. Deze maakt onderdeel uit van de kopie van 2015.(…)”
35. (…) U vraagt mij of er sprake is van verschillende kopieën van Usemate op verschillende plekken. De code die door Payingit wordt aangeleverd staat op de plekken die ik eerder noemde: de productieomgeving en de acceptatieomgeving. De omgeving van Equinix draait op een andere server dan InterXion. De kopie die door Payingit wordt aangeleverd staat op 1 productieserver en op 1 acceptatieserver. Dat is fysiek een andere server dan waar de kopie van het platform uit 2015 voor Equinix is opgezet. U vraagt mij of op beide plaatsen de broncode van 2015 staat. Ja. De omgeving van InterXion is niet een 100 procent losstaande omgeving. Als gebruiker kan je inloggen. Aan de ene kant kun je Workstate bekijken die is gebaseerd op de kopie van 2015. Aan de andere kant kan dezelfde gebruiker ook de interne Workmate openen. Dat is de versie die door Payingit wordt aangeleverd aan Workrate.(…)
40. (…) U vraagt mij of er een shared module variant draait ten behoeve van de klant InterXion en Equinix. Nee. Want de ene versie is ouder dan de andere. U vraagt mij of er een Usemate variant draait ten behoeve van de klant InterXion en Equinix. Als ik binnen de InterXion omgeving kies voor de Workmate maak ik gebruik van de versie die door Payingit wordt aangeleverd. Dit is dus niet dezelfde versie uit 2015. Je komt dan immers op de interne Workmate versie van Workrate. (…)”
4.19.
PayingIT concludeert uit de verklaring van [naam 2] dat functionaliteiten in de Workstate software in ieder geval gedeeltelijk zijn gebaseerd op een kopie van de Usemate software uit 2015. PayingIT kan in die stelling niet worden gevolgd. Uit de verklaring van [naam 2] blijkt weliswaar dat Workrate beschikt over de 2015-kopie, welke ook de software applicatie Usemate omvat, maar niet is gebleken dat Workrate functionaliteiten aanbiedt aan haar klanten Equinix en InterXion, die eigen zijn aan de Usemate software.
4.20.
Aan PayingIT kan wel worden toegegeven dat uit de verklaring van [naam 2] lijkt te volgen dat binnen de InterXion omgeving gebruik wordt gemaakt van de ‘shared modules’ zoals deze door PayingIT zijn aangeleverd en dat een InterXion-gebruiker de ‘interne Workmate’ kan openen. Het is voorstelbaar dat dit in strijd is met de Licentieovereenkomst nu er alleen een gebruiksrecht voor intern gebruik is afgegeven voor de ter beschikking gestelde software. Dit kan echter nog niet met afdoende zekerheid worden aangenomen nu het verhoor van [naam 2] nog niet is afgerond en Workrate nog niet in de gelegenheid is geweest om [naam 2] over onder meer dit punt te bevragen. Daarbij lijkt het ook hier te gaan om de ‘ondergeschikte functionaliteiten’. Daarover is al overwogen dat een exclusief (auteurs)recht daarop van PayingIT niet op voorhand kan worden aangenomen.
4.21.
Uit het voorgaande volgt dat de verklaring van [naam 2] vragen oproept over het handelen van Workrate conform de afspraken in de Licentieovereenkomst. Daarmee is echter nog niet voldoende aannemelijk gemaakt dat de bodemrechter de standpunten van PayingIT en PayingIP zal volgen. Er is nader onderzoek naar de feiten nodig. Tegenover het zwaarwegende belang van Workrate om haar softwareapplicaties Workstate en Academy voorlopig te kunnen blijven exploiteren, hebben PayingIT en PayingIP niet voldoende aannemelijk gemaakt dat hun belang bij de gevraagde voorzieningen dermate spoedeisend is, dat een uitslag van de bodemprocedure niet kan worden afgewacht.
Doorontwikkelingen op de 2015-kopie
4.22.
De stelling van PayingIT dat Workrate aanpassingen maakt in de Usemate broncode is tegenover de gemotiveerde betwisting van Workrate niet voldoende onderbouwd. Dit volgt ook niet uit de verklaring van [naam 2] , die immers ziet op updates en functionele wijzigingen van de applicatie Workstate en niet van Usemate.
Conclusie
4.23.
Uit het voorgaande volgt dat van een schending van de (beoogde) auteursrechten van PayingIT niet is gebleken. Evenmin kan voorshands worden aangenomen dat de Licentieovereenkomst wordt overtreden. De gevraagde voorzieningen zullen daarom worden geweigerd.
4.24.
PayingIT en PayinIP zullen als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten van Workrate op de voet van artikel 1019h Rv. Partijen hebben tijdens de mondelinge behandeling afgesproken de advocaatkosten in dat verband te fixeren op € 15.000,-.
Tekst

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
weigert de gevraagde voorzieningen,
5.2.
veroordeelt PayingIT en PayingIP in de advocaatkosten van dit geding, tot heden aan de zijde van Workrate begroot op € 15.000,- te vermeerderen met € 656,- aan griffierecht,
5.3.
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.T. Beuving, bijgestaan door mr. J. Dekker, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 27 mei 2020. [1]

Voetnoten

1.type: JD