Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
5.Het bewijs
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Schuldigverklaring zonder oplegging van straf
9.De benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel
10.Toepasselijk wettelijk voorschrift
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
geen strafwordt opgelegd.
[verbalisant 2]toe tot een bedrag van € 150,- (zegge honderdvijftig euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (6 maart 2019) tot aan de dag van betaling.
[verbalisant 2]aan de Staat € 150,- (zegge honderdvijftig euro) te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (6 maart 2019) tot aan de dag van betaling. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor de duur van 3 (drie) dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
[verbalisant]toe tot een bedrag van € 150,- (zegge honderdvijftig euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (6 maart 2019) tot aan de dag van betaling.
[verbalisant]aan de Staat € 150,- (zegge honderdvijftig euro) te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (6 maart 2019) tot aan de dag van betaling.. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor de duur van 3 (drie) dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.