In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 22 oktober 2020 uitspraak gedaan in de verzoeken van zorgorganisatie Evean om de arbeidsovereenkomsten met twee zorgmedewerkers, [verweerster 1] en [verweerster 2], te ontbinden. Evean heeft op 8 juli 2020 verzoeken ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomsten, waarbij zij stelt dat de medewerkers zich schuldig hebben gemaakt aan diefstal en verduistering van boodschappen die voor de bewoners van de zorginstelling bestemd waren. De kantonrechter heeft de verzoeken gelijktijdig behandeld op 1 oktober 2020, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. Evean heeft getuigenverklaringen overgelegd die de beschuldigingen ondersteunen, maar [verweerster 1] en [verweerster 2] hebben de beschuldigingen ontkend en betwist dat zij boodschappen voor privégebruik hebben weggenomen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat er onvoldoende bewijs is geleverd om de verwijten te onderbouwen en heeft Evean de gelegenheid gegeven om bewijs te leveren van haar stelling dat de medewerkers boodschappen hebben weggenomen. De beslissing over de ontbinding van de arbeidsovereenkomsten is aangehouden tot het bewijs is geleverd.