Op 3 september 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van het verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en aanwezig hebben van 54,4 kilo cocaïne op 13 mei 2020 te Amsterdam. Tijdens de zitting op 20 augustus 2020 heeft de officier van justitie, mr. R. Refos, de vordering gedaan en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. M.M.C. Glismeijer, heeft zijn verdediging gevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte aanwezig was bij het overladen van de cocaïne, maar dat er onvoldoende bewijs was om te concluderen dat hij opzettelijk betrokken was bij het feit. De rechtbank heeft de verklaringen van de verdachte en de medeverdachten in overweging genomen, maar kwam tot de conclusie dat er geen bewijs was dat de verdachte daadwerkelijk betrokken was bij het inladen van de cocaïne of dat hij op de hoogte was van de aanwezigheid ervan. De rechtbank heeft daarom de verdachte vrijgesproken van het tenlastegelegde feit en gelast tot teruggave van in beslag genomen goederen, waaronder een koffer en mobiele telefoons.