ECLI:NL:RBAMS:2020:3633

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
1 juli 2020
Publicatiedatum
23 juli 2020
Zaaknummer
13.075791.20
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Materieel strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte voor het vervoeren en aanwezig hebben van cocaïne en witwassen van iPhone en geld, wegens gebrek aan bewijs van wetenschap en beschikkingsmacht

Op 1 juli 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het vervoeren en aanwezig hebben van 8,26 kilogram cocaïne en het witwassen van een iPhone en twee geldbedragen van respectievelijk 9.000 euro en 1.630 euro. De zaak kwam ter terechtzitting op 17 juni 2020, waar de verdachte en zijn raadsman aanwezig waren. De rechtbank oordeelde dat de verdachte op 21 maart 2020 in Amsterdam in een Renault Twingo reed, waarin een verborgen ruimte was aangebracht met de drugs en een geldbedrag. De verdachte had ook een bedrag van 1.630 euro bij zich. De centrale vraag was of de verdachte wetenschap had van de aanwezigheid van de drugs en het geld, en of hij beschikkingsmacht over deze goederen had.

De officier van justitie stelde dat de verdachte geacht werd bekend te zijn met de voorwerpen in de auto, maar de rechtbank oordeelde dat de enkele omstandigheid dat de verdachte de auto bestuurde, onvoldoende bewijs opleverde voor wetenschap en beschikkingsmacht. De rechtbank benadrukte dat de cocaïne en het geld in een verborgen ruimte waren verstopt, wat het moeilijk maakte voor de verdachte om hiervan op de hoogte te zijn. De rechtbank concludeerde dat het Openbaar Ministerie niet had bewezen dat de verdachte wist van de aanwezigheid van de drugs en het geld, en sprak de verdachte integraal vrij van de tenlastegelegde feiten.

Daarnaast werd er een beslissing genomen over de in beslag genomen voorwerpen. De rechtbank verklaarde dat bepaalde voorwerpen onttrokken werden aan het verkeer, terwijl andere voorwerpen bewaard moesten worden ten behoeve van de rechthebbende of geretourneerd aan de verdachte. De rechtbank hefte ook het bevel tot voorlopige hechtenis op, gezien de vrijspraak van de verdachte.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 13.075791.20
Datum uitspraak: 1 juli 2020
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] ( [land van herkomst] ) op [geboortedag] 1990,
zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland,
gedetineerd in [plaats detentie] .

1.Onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 17 juni 2020. Verdachte en zijn raadsman waren daarbij aanwezig.

2.Tenlastelegging

Aan verdachte is – kort gezegd – ten laste gelegd dat hij zich heeft schuldig gemaakt aan:
1. het vervoeren en/of aanwezig hebben van 8,26 kilogram cocaïne op 21 maart 2020 te Amsterdam;
2. het witwassen van een iPhone en/of twee geldbedragen van 9.000,- en 1630,- euro op 21 maart 2020 te Amsterdam;
De volledige tekst van de tenlastelegging is opgenomen in bijlage I die aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.

3.Inleiding

De volgende feiten kunnen op grond van de gebruikte bewijsmiddelen als vaststaand worden aangemerkt. Deze feiten hebben ter terechtzitting niet ter discussie gestaan en kunnen zonder nadere motivering dienen als vertrekpunt voor de beoordeling van deze strafzaak.
Verdachte reed op 21 maart 2020 in een Renault Twingo te Amsterdam. In deze auto was een verborgen ruimte aangebracht, waarin drugs en een geldbedrag van 9.000,- euro lagen. Op de bijrijdersstoel lag een iPhone. Verdachte had een bedrag van 1.630,- euro in zijn portemonnee.
Het gaat in deze zaak om de vraag of verdachte wetenschap van en beschikkingsmacht over de verdovende middelen en de 9.000,- euro uit de verborgen ruimte had en of de iPhone en de 1.630,- euro van misdrijf afkomstig zijn en of verdachte deze telefoon en dit geld heeft witgewassen.

4.Vrijspraak

4.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie vindt dat beide feiten kunnen worden bewezen en heeft daartoe – zakelijk weergegeven – het volgende naar voren gebracht.
Uitgangspunt is dat de bestuurder van een auto geacht wordt bekend te zijn met de aanwezigheid van voorwerpen in die auto, waarbij een belangrijke rol toekomt aan de aannemelijkheid van de verklaring van de verdachte. Verdachte heeft verklaard dat hij een rondje reed in de auto, niet wist waar hij was en niet wist waar hij naartoe ging. Ook heeft hij verklaard dat hij niet wist van wie de auto was en hoe de navigatie werkte, maar dat hij een ritje ging maken en wel zou zien waar hij de auto in het centrum achter zou laten. Hij zou de auto achter laten met daarbij de sleutel, zodat de Roemeen waarvan hij alleen de voornaam kent die auto weer zou kunnen ophalen. Het door de verdachte gepresenteerde scenario is op geen enkele manier aannemelijk geworden. De conclusie is dat verdachte wetenschap heeft gehad van de aanwezigheid van de drugs en het geld in de verborgen ruimte en dat hij deze goederen ook in zijn macht had.
Voor wat betreft witwassen geldt dat verdachte de iPhone en de 1.630,- euro voorhanden heeft gehad, net als de 9.000,- euro in de verborgen ruimte en dat het verstoppen van de 9.000 een verhullingshandeling oplevert. Verdachte is uitgebreid in de gelegenheid gesteld om met een min of meer verifieerbare verklaring te komen, maar dat heeft hij niet gedaan. Daarmee kan worden bewezen verklaard dat de iPhone en het geld van misdrijf afkomstig zijn.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat verdachte integraal moet worden vrijgesproken.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht het ten laste gelegde drugsbezit (feit 1) en witwassen (feit 2) niet bewezen. Hiertoe overweegt de rechtbank als volgt.
Voor bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten is vereist dat bij verdachte sprake was van wetenschap van de aanwezigheid van de drugs en het geld en dat hij de beschikkingsmacht over die goederen had. Het is aan het Openbaar Ministerie om deze wetenschap en beschikkingsmacht te bewijzen. Dat het door verdachte gepresenteerde scenario niet aannemelijk zou zijn geworden, maakt dit uitgangspunt niet anders. De rechtbank benadrukt in dit verband dat zowel de cocaïne als de 9.000,- euro buiten het zicht waren verstopt in een verborgen ruimte onder de auto. Deze ruimte was afgesloten en zat op een plek waar men niet makkelijk bij kan komen. De enkele omstandigheid dat verdachte (voor korte tijd) de auto bestuurde is onvoldoende om te concluderen dat hij op de hoogte was van de aanwezigheid van de drugs en het geld in een verborgen ruimte in de auto. Nu niet kan worden bewezen dat verdachte 9.000 heeft witgewassen en 8,26 kilogram cocaïne voorhanden heeft gehad of heeft vervoerd, is er geen aanleiding om aan te nemen dat de telefoon en het contant geld die verdachte bij zich droeg in de auto, van een misdrijf afkomstig zijn. Verdachte moet dan ook worden vrijgesproken van het witwassen van de 1.630,- en de iPhone.
Ten overvloede merkt de rechtbank op dat verdachte heeft verklaard dat de 1.630,- euro van hem is. Volgens verdachte is dit zijn spaargeld. Het bezit van een dergelijk niet bijzonder hoog contant geldbedrag – nog ongeacht de coupures van dat geld – is onvoldoende om daaraan een gerechtvaardigd vermoeden van witwassen te ontlenen, vooral nu verdachte heeft aangegeven dat hij dat geld in Italië had verdiend en vanaf daar had meegenomen.
Verdachte zal gelet op het voorgaande integraal worden vrijgesproken.

5.Beslag

Onder verdachte zijn de volgende voorwerpen in beslag genomen:
1) 5 blokken vermoedelijk cocaïne
2) 4 blokken vermoedelijk cocaïne
3) 4 stuks Verpakkingsmateriaal
4) 5 stuks Verpakkingsmateriaal
5) een Personenauto met kenteken [kenteken]
6) 1630,45 EUR
7) 1800 EUR
8) 1 Simkaart van zaktelefoon
9) 1 Telefoontoestel Zwart, merk: iPhone
10) Simkaart van zaktelefoon
11) 1 : plastic tas, Albert Heijn
12) 1 Albert Heijn-tas)
13) 1 : Elastiek
14) 1 Lidl-tas
15) 7200 EUR
5.1
Onttrekking aan het verkeer
Nu de voorwerpen onder nummers 1 tot en met 4 en 11 tot en met 14, opgevat als een gezamenlijkheid van voorwerpen, van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang, worden deze voorwerpen onttrokken aan het verkeer.
5.2
Bewaring ten behoeve van de rechthebbende
De voorwerpen onder nummers 5, 7 en 15 dienen te worden bewaard ten behoeve van de rechthebbende.
5.3
Retour aan verdachte
De voorwerpen onder nummers 6 en 8 tot en met 10 dienen te worden geretourneerd aan verdachte.

6.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis.
Verklaart onttrokken aan het verkeer:
1) 5 blokken vermoedelijk cocaïne
2) 4 blokken vermoedelijk cocaïne
3) 4 stuks Verpakkingsmateriaal
4) 5 stuks Verpakkingsmateriaal
11) 1 : plastic tas , Albert Heijn
12) 1 Albert Heijn-tas)
13) 1 : Elastiek
14) 1 Lidl-tas
De rechtbank heeft op een eerder moment de voorlopige hechtenis van verdachte opgeheven. Deze beslissing is afzonderlijk op schrift gesteld.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J.P.W. Helmonds, voorzitter,
mrs. R.A.J. Hübel en R.J. Bartels, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J.G.R. Becker, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 1 juli 2020.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
[(...)]