Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[veroordeelde] ,
Procesgang
- het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 19 april 2019 met bovenvermeld parketnummer waarin aan veroordeelde de ISD-maatregel voor de duur van 2 (twee) jaren is opgelegd;
- de beslissing van de rechtbank Amsterdam van 25 juli 2019 met bovenvermeld parketnummer, betreffende de noodzakelijkheid tot voortzetting van de ISD-maatregel;
- het evaluatierapport van 4 maart 2020, opgemaakt door [naam 1] , senior casemanager ISD van de Penitentiaire Inrichting Haaglanden, mede ondertekend door [naam 2] , plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de Penitentiaire Inrichting Haaglanden;
- een aanvullend evaluatierapport van 24 juni 2020, opgemaakt door [naam 1] , senior casemanager ISD van de Penitentiaire Inrichting Haaglanden; en
- een uittreksel uit de Justitiële Documentatie betreffende veroordeelde van 9 juni 2020.
Beoordeling
vonnis van 19 april 2019is veroordeelde een ISD-maatregel opgelegd voor de duur van twee jaren. In het vonnis is overwogen dat in het kader van de ISD-maatregel vanuit het intramurele gedeelte in een Penitentiair Psychiatrisch Centrum (hierna: PPC) dient te worden toegewerkt naar een klinische behandeling in een Forensisch Psychiatrische Kliniek (hierna: FPK). Van daaruit kunnen de vervolgmogelijkheden, zoals ambulante behandeling voor psychiatrie en verslaving, en een eventuele verblijfplek voor langere termijn (begeleid wonen) worden onderzocht.
beslissing van 25 juli 2019heeft de rechtbank bepaald dat de ISD-maatregel moet worden voortgezet. In deze beslissing is overwogen dat er voldoende inspanningen werden geleverd om de ISD-maatregel invulling te geven. Veroordeelde zou op korte termijn worden aangemeld voor een FPK-plaatsing.
evaluatierapport van 4 maart 2020blijkt dat veroordeelde op 15 augustus 2019 is aangemeld voor een FPK. Gezien het uitbegreide behandelverleden van veroordeelde en de beperkt haalbare behandeldoelen (veroordeelde wil niets veranderen in zijn gebruik van middelen), ziet Indicatiestelling Forensische Zorg (hierna: IFZ) geen meerwaarde in een klinische plaatsing, maar achten zij langdurige verblijfszorg geïndiceerd. Veroordeelde is hierop op 28 augustus 2019 aangemeld voor verblijfszorg, waarbij de vraagstelling als volgt is geformuleerd: “toeleiding naar een beschermde woonvorm waar middelengebruik gedoogd wordt bij een chronisch verslaafde man met psychotische en stemmingsklachten”. Momenteel wordt onderzocht waar veroordeelde terecht kan. Uit het
aanvullende evaluatierapport van 24 juni 2020blijkt verder dat veroordeelde inmiddels is aangemeld voor Domus Nijmegen. Er dient nog een intakegesprek plaats te vinden om hem definitief op de wachtlijst te plaatsen.
Beslissing
de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel wordt voortgezet.Deze beslissing is gegeven in openbare raadkamer van deze rechtbank door