Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
shouldering,dat wil zeggen het (over de schouder) meekijken bij pintransacties, waarna de pinpas afhandig wordt gemaakt om er geld mee op te nemen. Deze zaken zijn in het dossier aangeduid met de letters C, D, F en I. In drie andere gevallen (de zaken E, G en H) werd verdachte tezamen met een of twee anderen uit deze groep herkend. In zaak J werd alleen verdachte herkend, tezamen met een onbekend gebleven vrouw.
shoulderingafkijken van de pincodes bij pintransacties om vervolgens met de daarna gestolen bankpassen grote geldbedragen op te nemen.
shoulderingde werkwijze anders is dan bij het eenvoudige zakken- of tassenrollen. Bij
shoulderingbestaat dit uit drie basiselementen, te weten het afkijken van de pincode, de diefstal van de bankpas en de opname van het geld met de gestolen bankpas. Uit de camerabeelden blijkt dat de verdachten hun slachtoffers - telkens personen die op leeftijd zijn - uitzochten en achtervolgden waarbij sprake was van een bepaalde taakverdeling tussen de verdachten. Bij het afkijken van de pincode waren meestal één of twee verdachten betrokken, bij de diefstal van de portemonnee soms één of zoveel als nodig was om het slachtoffer in te sluiten, af te schermen en/of af te leiden. Bij de geldopnames waren zij voor zover bekend altijd met zijn tweeën. De rolverdeling was inwisselbaar en kon per feit per verdachte verschillen. Zo werd het afkijken in zaak D gedaan door [medeverdachte 4] met behulp van [medeverdachte 3] , in zaak E door [medeverdachte 2] en in zaak F door [medeverdachte 3] . Bij de zaken G en I was verdachte ook bij dit onderdeel betrokken; in zaak G samen met [medeverdachte 5] en in zaak I samen met [medeverdachte 2] . In de zaken D, H, en I kan worden vastgesteld dat verdachte ook direct bij de diefstal van de portemonnee betrokken was, nu zij op die momenten samen met haar medeverdachten rondom het slachtoffer is gaan staan. En in de zaken F, H en I was verdachte betrokken bij de geldopnames. Uit de observaties bij de Albert Heijn op het [straat 3] blijkt verder dat de verdachten bij het
shoulderenallen met elkaar overleg voerden.
shoulderingdoor verdachte en haar mededader terwijl aangeefster met haar pinpas bij de kassa afrekende. Heel kort daarna heeft verdachte met diezelfde pinpas en met dezelfde mededader geld gepind bij een pinautomaat. De rechtbank verwerpt het verweer ook ten aanzien van dit feit.
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straffen en maatregelen
shoulderenallemaal op vergevorderde leeftijd zijn en dat de overige zakken/tassenrollen gericht zijn op toeristen . Verdachte heeft zich daarmee bewust gericht op kwetsbare slachtoffers. Daarvoor is zij tezamen met haar mededaders die ook allen in Frankrijk woonachtig zeggen te zijn, naar Nederland gekomen, blijkbaar met het enkele doel om deze diefstallen te plegen. Door alert optreden van het doelgroepenteam heeft de politie verdachte en haar mededaders kunnen aanhouden en zijn mogelijk meer diefstallen of pogingen daartoe voorkomen. Het spreekt in het nadeel van verdachte dat zij geen inzicht heeft getoond in het kwalijke van wat zij heeft gedaan en geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor haar daden.
8.Ten aanzien van de benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregelen
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 november 2019.
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 oktober 2019.
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 oktober 2019.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
telkens: diefstal door twee of meer verenigde personen
[verdachte] ,daarvoor strafbaar.
30 (dertig) maanden.