ECLI:NL:RBAMS:2020:2682
Rechtbank Amsterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening woonkostentoeslag en toepassing hardheidsclausule
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 26 mei 2020 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot de woonkostentoeslag van verzoeker, die rolstoelgebonden is en zorgbehoevend als gevolg van een dwarslaesie. Verzoeker had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amstelveen, dat hem bijzondere bijstand voor woonkosten had toegekend voor de periode van 1 maart 2020 tot 25 mei 2020. Verzoeker verzocht om verlenging van deze toeslag tot 1 december 2020, omdat hij door de COVID-19-pandemie geen passende woonruimte kon vinden. De voorzieningenrechter oordeelde dat de woningen die verzoeker had bezichtigd, geschikt waren, maar dat verzoeker onvoldoende had aangetoond dat verhuizen naar deze woningen onverantwoord was. De voorzieningenrechter concludeerde dat verweerder in redelijkheid had kunnen besluiten om de woonkostentoeslag niet te verlengen en wees het verzoek om voorlopige voorziening af. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor verzoeker om aan zijn verplichtingen te voldoen en de hardheidsclausule van toepassing te laten zijn in de context van de geldende beleidsregels.