Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 5 december 2019, met producties,
- de conclusie van antwoord van 10 december 2019, met producties,
- het tussenvonnis van 27 december 2019, waarbij de zaak naar de rol van 10 januari 2020 is verwezen voor dagbepaling bijeenkomst van partijen,
- de brief van Magazijnplein van 4 maart 2020 ten behoeve van de bijeenkomst van partijen van 18 maart 2020, met producties.
2.De feiten
8 en 19 november 2019 per brief aan G&W verzocht tot betaling van de (resterende) hoofdsom inclusief rente en incassokosten.
1 december 2019 € 2.500,00 aan Magazijnplein te hebben betaald en vanaf 1 januari 2020 iedere maand € 1.000,00 tot het totaal verschuldigde bedrag is betaald.
3.Het geschil
4.Beoordeling
De gevorderde hoofdsom van € 7.774,25 is dan ook toewijsbaar.
Dit heeft zij meerdere malen aan Magazijnplein laten weten. G&W verzoekt om een betalingsregeling vast te stellen die voor beide partijen acceptabel kan zijn.
De kantonrechter is van oordeel dat Magazijnplein dit onvoldoende heeft gedaan.
G&W heeft meerdere malen tot een betalingsregeling verzocht en laten weten wat haalbaar is voor haar. De betalingsregeling wijkt ook niet substantieel af van de door Magazijnplein voorgestelde betalingsregeling.
Nu Magazijnplein heeft nagelaten te onderbouwen waarom zij niet akkoord kan gaan met de door G&W voorgestelde betalingsregeling, ziet de kantonrechter in de gegeven omstandigheden dan ook geen reden tot afwijzing van de door G&W voorgestelde betalingsregeling door Magazijnplein. De door G&W voorgestelde betalingsregeling zal worden toegewezen.
De kantonrechter stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van toepassing is, omdat het verzuim na 1 juli 2012 is ingetreden.
Voldaan dient te worden aan het vereiste dat alleen redelijke kosten die in redelijkheid zijn gemaakt kunnen worden toegewezen. De kantonrechter is van oordeel dat aan dit vereiste is voldaan zodat de gevorderde vergoeding van € 763,71 aan buitengerechtelijke kosten zal toewijzen.
explootkosten € 86,40
salaris gemachtigde € 300,00 (1 punten ×€ 300,00)
______
totaal € 872,40 inclusief eventueel verschuldigde btw.
5.Beslissing
1 juli 2020 elke maand een bedrag van € 500,00 tot aan de algehele voldoening,