Mevr. Rozendal heeft telefonisch verklaard dat ‘het toedienen van medicatie’ noodzakelijk
is als betrokkene weigert vrijwillig mee te werken aan het innemen van anti psychotische
medicatie . Wat de psychiater betreft mag ‘het toedienen van vocht en voeding’ uit het
zorgplan worden geschrapt. Ook ‘het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen
leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten,
waaronder het gebruik van communicatiemiddelen’ is volgens haar niet noodzakelijk, nu
er geen aanwijzingen zijn dat betrokkene misbruik maakt van communicatiemiddelen.
Verder heeft zij over ‘het onderzoek aan kleding of lichaam’ en ‘het onderzoek van de
woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen’
verklaard dat, deze vormen van zorg niet in het zorgplan zijn opgenomen, maar wel
noodzakelijk zijn, gezien het feit dat een deel van de stoornis samenhangt met
drugsgebruik.
Rozendal heeft op de vragen van betrokkene geantwoord dat zij van de medische dienst
heeft vernomen dat betrokkene nog psychotisch is en dat behandeling voor langere duur
aangewezen is.
Tot slot heeft Rozendal ter zitting telefonisch verklaard dat er per direct een bed
beschikbaar is voor betrokkene bij Mentrum, [naam kliniek] te
Amsterdam.