Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[eiser],
1.De procedure
2.De feiten
€ 3.283,83 te voldoen aan [gedaagde] .
3.Het geschil
4.De beoordeling
980,00
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Amsterdam op 30 maart 2020, hebben eisers, [eiseres] B.V. en [eiser] , een kort geding aangespannen tegen gedaagden, Nationale Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V. en [gedaagde] B.V., met als doel de opheffing van conservatoire beslagen die op 20 december 2019 waren gelegd. De eisers stellen dat de gedaagden geen vorderingen op hen hebben, maar op StFr Beheer B.V. (voorheen Inforcontracting B.V.), die haar activiteiten in 2015 heeft beëindigd. De gedaagden hebben echter een vordering op StFr Beheer in verband met een arbeidsongeval dat in 2012 heeft plaatsgevonden, waarbij een werknemer van Inforcontracting zijn hand en een deel van zijn onderarm heeft verloren. De rechtbank heeft vastgesteld dat er voldoende aanwijzingen zijn dat [eiseres] en [eiser] hebben geprofiteerd van de activa van Inforcontracting zonder daarvoor een vergoeding te betalen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vorderingen van de gedaagden op [eiseres] en [eiser] niet summierlijk ondeugdelijk zijn, en heeft de gevraagde opheffing van de beslagen afgewezen. Tevens zijn de eisers veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden, die zijn begroot op € 1.636,00.