Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[terbeschikkinggestelde] ,
De inhoud van de vordering
De procesgang
De beoordeling
Kernproblematiek
Behandelverloop en risicotaxatie
Koers en advies
Beslissing
[terbeschikkinggestelde]met
twee jaar.
Rechtbank Amsterdam
Op 9 januari 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak met parketnummer 13/698014-16, betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (TBS) van een gediagnosticeerde persoon. De officier van justitie had op 18 november 2019 een vordering ingediend tot verlenging van de TBS met twee jaar, gelet op de duur van de behandeling en het repatriëringstraject naar Ghana. De terbeschikkinggestelde, geboren in 1985, is gediagnosticeerd met schizofrenie, trekken van een antisociale persoonlijkheidsstoornis en een licht verstandelijke beperking. Hij is door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) tot ongewenst vreemdeling verklaard en verblijft momenteel in een instelling voor forensische zorg.
Tijdens de openbare terechtzitting zijn de officier van justitie, de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman en een deskundige gehoord. De rechtbank heeft kennisgenomen van het advies van de instelling, waarin werd geadviseerd de TBS met twee jaar te verlengen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde in de beginfase van zijn behandeling verkeert en dat er een hoog recidiverisico is bij een (voorwaardelijke) beëindiging van de TBS. De rechtbank heeft ook overwogen dat de verlenging van de TBS niet in de weg staat aan de repatriëring naar Ghana, mits aan alle voorwaarden is voldaan.
De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen en de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd. De beslissing is genomen in het belang van de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen. De rechtbank heeft het verzoek van de raadsman om de termijn met één jaar te verlengen afgewezen, omdat de noodzaak voor een verlenging van twee jaar uit het advies van de kliniek blijkt. De beslissing is gegeven door mr. A.A. Spoel, voorzitter, en mrs. R.A.J. Hübel en J.I.M. Kuin, rechters, in tegenwoordigheid van E.J.M. Veerman, griffier.