ECLI:NL:RBAMS:2020:1046

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
18 februari 2020
Publicatiedatum
19 februari 2020
Zaaknummer
13/730029-19
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor het buiten het grondgebied brengen, vervoeren en aanwezig hebben van verdovende middelen; Witwassen van een Rolex horloge

Op 18 februari 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1984, die werd beschuldigd van het verkopen, vervoeren en aanwezig hebben van verdovende middelen, alsook van witwassen. De rechtbank heeft het onderzoek ter terechtzitting op 4 februari 2020 gehouden, waarbij de officier van justitie, mr. S.A. van de Vliet, en de raadsman, mr. H.G. Koopman, aanwezig waren. De verdachte werd verweten dat hij in augustus 2019 op verschillende locaties 25,93 kilogram MDMA en 1,5 kilogram cocaïne had verkocht en vervoerd, en dat hij op 16 augustus 2019 € 830 en een Rolex horloge had gewitgewassen.

De rechtbank heeft de tenlastelegging van het vervoeren en aanwezig hebben van verdovende middelen niet bewezen geacht. De verdachte had geen wetenschap van de inhoud van de postpakketten die hij overhandigde aan een auto. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de verdachte niet voldoende bewijs opleverden voor zijn betrokkenheid bij de verdovende middelen. Daarom werd hij vrijgesproken van dit feit.

Wat betreft het witwassen van de Rolex horloge, oordeelde de rechtbank dat er voldoende bewijs was dat de verdachte wist dat het horloge afkomstig was uit een misdrijf. De rechtbank vond de verklaring van de verdachte over de herkomst van het horloge niet verifieerbaar, omdat hij de naam van de persoon van wie hij het horloge had geleend niet wilde geven. De rechtbank legde een gevangenisstraf van zes weken op voor het witwassen van het horloge, en verklaarde het horloge verbeurd. De rechtbank oordeelde dat het aantreffen van het horloge, met een waarde tussen de 8.000 en 10.000 euro, in combinatie met het inkomen van de verdachte, een vermoeden van witwassen rechtvaardigde.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

VONNIS
Parketnummer: 13/730029-19 (Promis)
Datum uitspraak: 18 februari 2020
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1984,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres [adres verdachte] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 4 februari 2020.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. S.A. van de Vliet en van wat verdachte en zijn raadsman mr. H.G. Koopman naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

Verdachte wordt verweten dat hij in de periode van 9 augustus 2019 tot en met 16 augustus 2019 op verschillende plekken (samen met anderen) opzettelijk 25,93 kilogram MDMA en 1,5 kilogram cocaïne heeft verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of buiten het grondgebied van Nederland gebracht, of in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (feit 1). Daarnaast is aan verdachte ten laste gelegd dat hij zich op 16 augustus 2019 heeft schuldig gemaakt aan het witwassen van € 830 en een Rolex horloge (feit 2).
De volledige tekst van de tenlastelegging staat in bijlage I bij dit vonnis en geldt als hier ingevoegd.

3.Waardering van het bewijs

3.1.
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat bewezen kan worden dat verdachte zich met anderen schuldig heeft gemaakt aan het onder 1 tenlastegelegde vervoeren, afleveren en verstrekken van verdovende middelen. De uitvoer uit Nederland vindt de officier van justitie niet bewezen. Verdachte was bestuurder van de Seat Leon met daarin 18 pakketten verdovende middelen waarvan hij er drie ter verzending heeft afgeleverd. De verklaring van verdachte over het ontbreken van wetenschap vindt de officier van justitie ongeloofwaardig. Verdachte wist waar hij mee bezig was. Als de rechtbank dat standpunt niet volgt, heeft verdachte, gelet op de omstandigheden, op zijn minst bewust het risico aanvaard dat in de pakketten verdovende middelen zaten.
Daarnaast kan bewezen worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 2 tenlastegelegde witwassen van een Rolex horloge, gelet op de waarde van het voorwerp en het uitblijven van een concrete en min of meer verifieerbare verklaring over de herkomst daarvan. Van het witwassen van de 830 euro moet verdachte worden vrijgesproken.
3.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken van de onder 1 tenlastegelegde handelingen met de verdovende middelen. Verdachte had geen wetenschap van of opzet op de inhoud van de gesloten postpakketten. Van het witwassen moet verdachte worden vrijgesproken omdat voor het geld geen sprake is van een witwastypologie. Op grond van het dossier en de verklaring van verdachte kan niet worden vastgesteld dat het Rolex horloge uit misdrijf afkomstig is.
3.3.
Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraak van de verdovende middelen (feit 1)
De rechtbank vindt het onder 1 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verdachte heeft op 16 augustus 2019 gesloten en geadresseerde postpakketten uit een auto overgedragen naar een Seat Leon (waarvan hij de bestuurder was). De rechtbank kan niet vaststellen dat verdachte wetenschap had van de inhoud van de gesloten postpakketten. De officier van justitie heeft gewezen op de ongeloofwaardige verklaring van verdachte en de berichten op zijn telefoon. De rechtbank vindt de berichten, die van eerdere datum lijken te zijn, niet redengevend voor de vraag of verdachte wetenschap had van de inhoud van de pakketten op 16 augustus 2019. Uit de berichten blijkt niet dat bij eerdere gesprekken over postpakketten over drugs is gesproken. Bij het ontbreken van de wetenschap over de verdovende middelen wordt verdachte vrijgesproken.
Het oordeel over het witwassen (feit 2)
Bij verdachte is een contant geldbedrag van 830 euro en een Rolex horloge aangetroffen. De politie heeft in het kader van de witwasverdenking onderzoek gedaan naar het inkomen van verdachte door een zogenoemde ICOV bevraging. Daaruit is gebleken dat verdachte geen vermogen op naam heeft staan en in de afgelopen jaren huur- en zorgtoeslag heeft ontvangen. Van de jaren 2014 t/m 2018 was zijn inkomen uit loon het hoogst in 2018, namelijk € 11.837, betaald door Gemeente Amsterdam. Het dossier biedt geen aanknopingspunten voor een specifiek misdrijf waaruit deze voorwerpen afkomstig zouden zijn.
Beoordelingskader
Uit vaste rechtspraak volgt dat ook als niet duidelijk is uit welk specifiek misdrijf de voorwerpen afkomstig zijn, in sommige gevallen toch witwassen bewezen kan worden. Het gaat dan om gevallen waarbij het op grond van de feiten en omstandigheden niet anders kan dan dat de voorwerpen van misdrijf afkomstig zijn.
Als de feiten en omstandigheden in het dossier zodanig zijn dat zonder meer sprake is van een vermoeden van witwassen mag van verdachte worden verlangd dat hij een verklaring geeft voor de herkomst van de voorwerpen. Zo’n verklaring moet concreet zijn, verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk. Vervolgens ligt het op de weg van het openbaar ministerie om nader onderzoek te doen naar de uit de verklaring van verdachte blijkende alternatieve herkomst van de voorwerpen. Alleen als vervolgens uit dit onderzoek blijkt dat met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat de voorwerpen een legale herkomst hebben en dat dus een criminele herkomst de enige aanvaardbare verklaring is, kan het witwassen van die voorwerpen bewezen worden.
Toepassing van het beoordelingskader
De rechtbank vindt het aangetroffen geldbedrag van 830 euro niet zodanig hoog of afwijkend dat het aantreffen ervan op zichzelf al een vermoeden van witwassen rechtvaardigt. Ook niet in combinatie met de gegevens over het inkomen van verdachte. Dat betekent dat de situatie waarin verdachte uitleg moet geven over de (legale) herkomst van het geld zich hier niet voordoet. Verdachte wordt vrijgesproken van het witwassen van het geldbedrag van 830 euro.
Dat geldt niet voor het Rolex Horloge. Onderzoek naar het horloge heeft geleid tot een waardebepaling van tussen de 8.000 en 10.000 euro. Verdachte heeft geen hoge legale inkomsten genoten in de afgelopen jaren en daarmee is sprake van een vermoeden van witwassen. Verdachte heeft pas op de zitting van 4 februari 2020 verklaard dat hij het horloge van iemand heeft geleend waarvan hij de naam niet wil noemen. Omdat verdachte de naam van die persoon niet wil noemen is zijn verklaring niet verifieerbaar. De verklaring van verdachte voldoet dus niet aan de daaraan te stellen eisen. De rechtbank oordeelt dan ook dat het niet anders kan zijn dan dat het bij verdachte aangetroffen Rolex horloge van misdrijf afkomstig is. Omdat het horloge bij verdachte is aangetroffen en de rechtbank geen aanwijzingen in een andere richting heeft, stelt zij vast dat verdachte wist van de criminele herkomst.

4.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de bewijsmiddelen in bijlage II bewezen dat verdachte
2.
op 16 augustus 2019 te Amsterdam, zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen, immers heeft verdachte een Rolex horloge voorhanden gehad, terwijl hij wist dat dit voorwerp afkomstig was uit enig misdrijf.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

5.Motivering van de straffen en maatregelen

5.1.
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor de door hem bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van drieënhalf jaar waarvan zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.
5.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft bepleit om geen langere gevangenisstraf op te leggen dan de duur van het voorarrest, eventueel in combinatie met een voorwaardelijke (gevangenis)straf en een taakstraf.
5.3.
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan op de terechtzitting is gebleken. De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het witwassen van een Rolex horloge. Witwassen is een ernstig feit dat bijdraagt aan de instandhouding van criminaliteit. Verdachte heeft kennelijk opbrengsten uit misdrijf aan het zicht van justitie willen onttrekken. Witwassen tast daarnaast de integriteit van het financiële en economische verkeer aan.
De rechtbank heeft bij de bepaling van de straf gelet op de oriëntatiepunten voor fraudedelicten die de rechtbanken onderling hebben afgesproken. Bij een bedrag tot 10.000 euro geldt als uitgangspunt een gevangenisstraf van 1 week tot 2 maanden of een daarmee vergelijkbare taakstraf.
Omdat verdachte wordt vrijgesproken van het onder 1 tenlastegelegde zal fors worden afgeweken van de eis van de officier van justitie. De rechtbank ziet geen aanknopingspunten voor oplegging van een taakstraf. In dit geval vindt de rechtbank een gevangenisstraf van 6 weken passend.
Beslag
Onder verdachte is een geldbedrag van 830 euro, een Rolex horloge, twee telefoons, en brief- en pakketpost in beslag genomen.
Omdat het bewezen geachte is begaan met de Rolex, wordt deze verbeurdverklaard.
De pakket- en briefpost wordt onttrokken aan het verkeer omdat uit het dossier is gebleken dat daar harddrugs in zat en de post kennelijk slechts bedoeld was om harddrugs mee te verzenden. De rechtbank stelt vast dat door het verzenden van harddrugs een strafbaar feit is begaan. Het strafbare feit is met behulp van de postpakketten gepleegd en het ongecontroleerde bezit van die pakketten is in strijd met het algemeen belang.
De telefoons en het geld worden aan verdachte teruggegeven.

6.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 33, 33a, 36b, 36d, 63 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht.

7.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het onder 1 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 2 tenlastegelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
witwassen
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van
6 (zes) weken.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Verklaart onttrokken aan het verkeer:
1. STK Briefpost, 5795183;
6. 1.00 STK Pakketpost, 5795213.
Verklaart verbeurd:
4. 1.00 STK Horloge, Rolex, 5793775.
Gelast de teruggave aan [verdachte] van:
2. 1.00 STK Zaktelefoon, Apple Iphone, 5793643;
3. 1.00 STK Zaktelefoon Kl: zwart, Nokia, 5793645;
5. Geld Euro, 830,- euro, 5793776.
Dit vonnis is gewezen door
mr. E.G.C. Groenendaal, voorzitter,
mrs. G.H. Marcus en J. Huber, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. F.F. van Lier, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 februari 2020.