ECLI:NL:RBAMS:2020:1037

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
29 januari 2020
Publicatiedatum
19 februari 2020
Zaaknummer
RK 19/5647
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herroeping van verbeurdverklaring van inbeslaggenomen bestelwagen na klaagschrift

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 29 januari 2020 uitspraak gedaan op een klaagschrift van klager, de eigenaar van een inbeslaggenomen bestelwagen. Het klaagschrift was ingediend op 4 oktober 2019 en betrof de herroeping van de verbeurdverklaring van de bestelwagen, die eerder door de politierechter was uitgesproken. Klager stelde dat hij niet op de hoogte was van de zitting waarbij de verbeurdverklaring was uitgesproken, en dat zijn bedrijf extra kosten had gemaakt door de inbeslagname. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden rondom de inbeslagname en de verbeurdverklaring onderzocht. De officier van justitie stelde dat de verbeurdverklaring op goede gronden was uitgesproken, omdat de werknemer van klager, die de bestelwagen bestuurde, geen geldig rijbewijs had. De rechtbank oordeelde echter dat klager niet proportioneel had gehandeld en dat de verbeurdverklaring van de bestelwagen niet in stand kon blijven, gezien de waarde van de bestelwagen en de reeds gemaakte kosten. De rechtbank verklaarde het klaagschrift gegrond, herhaalde de verbeurdverklaring en gelastte de teruggave van de bestelwagen aan klager. De beslissing is openbaar uitgesproken en klager heeft de mogelijkheid om in cassatie te gaan tegen deze uitspraak.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 96/154319-19
RK: 19/5647
Beschikking op het klaagschrift ex artikel 552b van het Wetboek van Strafvordering van:
[klager] .,
ten name van [naam] ,
gevestigd op de [adres] ,
klager, niet zijnde beslagene.

1.Procesgang

Het klaagschrift is op 4 oktober 2019 ter griffie van deze rechtbank ontvangen.
De rechtbank heeft op 29 januari 2020 klager en de officier van justitie,
mr. A. Lobregt, in openbare raadkamer gehoord.
Beslagene [beslagene] is, hoewel geldig opgeroepen, niet in raadkamer verschenen.

2.Grondslag en inhoud van het klaagschrift

Klager heeft een brief geschreven waarin hij verzoekt om teruggave van zijn inbeslaggenomen bestelwagen, waarin een medewerker van zijn bedrijf is aangehouden. De rechtbank merkt deze brief aan als een klaagschrift dat strekt tot herroeping van de verbeurdverklaring van een auto, Mercedes Benz, Sprinter, met kenteken [kenteken] (goednummer: 4B49053). Deze beslissing is genomen door de politierechter in de zaak tegen [beslagene] . Klager stelt eigenaar te zijn van het bedrijf [klager] De bestelwagen is door het bedrijf geleased voor een periode van tweeënhalf jaar. Een werknemer van het bedrijf, [beslagene] , is in de auto aangehouden, omdat zijn rijbewijs ongeldig is verklaard. Dit zou ook twee keer eerder gebeurd zijn. Op de zitting is door de rechter beslist dat de auto verbeurd wordt verklaard. Klager was niet aanwezig op de zitting, omdat hij er niet van op de hoogte was. Het bedrijf was er ook niet van op de hoogte dat het rijbewijs van de chauffeur ongeldig was verklaard. Sinds de inbeslagname van de auto heeft het bedrijf extra kosten gemaakt, omdat een auto gehuurd moest worden, waarmee pakketten konden worden bezorgd. Klager geeft geen toestemming voor de verkoop van de bestelwagen.
Klager heeft in raadkamer aanvullend op het klaagschrift aangevoerd dat het bedrijf altijd zorgvuldig nagaat of medewerkers in het bezit zijn van een geldig rijbewijs.

3.Standpunt van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de bestelwagen door de politierechter op 11 september 2019 op goede gronden is verbeurd verklaard en dat in het onderhavige geval geen gronden aanwezig zijn voor herroeping van de verbeurdverklaring. De officier van justitie heeft zich verzet tegen teruggave van de bestelwagen aan klager. Uit het dossier blijkt dat [beslagene] , onder wie de bestelwagen in beslag is genomen, meermalen daarin heeft gereden zonder in het bezit te zijn van een geldig rijbewijs. Klager heeft niet in voldoende mate getracht te voorkomen dat [beslagene] , zoals hij dat reeds eerder had gedaan, weer van de bestelwagen gebruik zou maken. Als eigenaar van de bestelwagen en als werkgever is hij verantwoordelijk om zorg te dragen dat er geen personen in zijn voertuig rijden die niet in het bezit zijn van een geldig rijbewijs. Het klaagschrift moet dan ook ongegrond worden verklaard.

4.De beoordeling

Uit de stukken en het verhandelde in raadkamer is het volgende gebleken.
Op 5 juni 2019 is op de voet van artikel 94 Sv voornoemde auto in beslag genomen onder [beslagene] . Tegen hem werd proces-verbaal opgemaakt wegens het besturen van een motorrijtuig zonder in het bezit te zijn van een geldig rijbewijs (artikel 107 lid 1 Wegenverkeerswet). De bestelwagen behoort toe aan klager. Dit blijkt uit het lease-contract dat klager ter zitting heeft getoond. Uit het proces-verbaal van politie blijkt dat [beslagene] tweemaal eerder in de bestelwagen van klager heeft gereden.
Het Openbaar Ministerie heeft mailcontact met klager gehad en hem kennis gegeven dat de bestelwagen in de strafzaak tegen [beslagene] in beslag is genomen.
Op 11 september 2019 heeft de politierechter [beslagene] veroordeeld terzake van het rijden zonder rijbewijs en heeft naast een strafoplegging de verbeurdverklaring van de bestelwagen bevolen. Dit vonnis is onherroepelijk.
Op 4 oktober 2019 heeft klager een klaagschrift ingediend.
Ontvankelijkheid
Op basis van artikel 552b Wetboek van Strafvordering kan een belanghebbende, daaronder niet begrepen de verdachte of veroordeelde, zich beklagen over (onder meer) de onherroepelijke verbeurdverklaring van hem toekomende voorwerpen. Klager is eigenaar en belanghebbende.
Het klaagschrift is ingediend voorafgaande aan het onherroepelijk/uitvoerbaar worden van de verbeurdverklaring, uitgesproken door de politierechter. Niettemin moet het beklag worden opgevat als zijnde een beklag tegen deze beslissing tot verbeurdverklaring.
Het bezwaar is tijdig ingediend. Klager is ontvankelijk in zijn bezwaar.
Nadere overwegingen
Ingevolge artikel 33a, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht - voor zover hier van belang- kunnen voorwerpen die vatbaar zijn voor verbeurdverklaring als bedoeld in het eerste lid van dat artikel die niet aan de veroordeelde toebehoren alleen worden verbeurd verklaard indien degene aan wie zij toebehoren bekend was met het gebruik ervan bij het strafbare feit dan wel het gebruik redelijkerwijs had kunnen vermoeden.
Klager heeft onzorgvuldig gehandeld, want het rijbewijs van de werknemer was al sinds maart 2011 ongeldig verklaard. Voorts is gebleken dat de werknemer twee keer eerder zonder geldig rijbewijs is aangehouden in de bestelwagen van het bedrijf. Klager had dus ten minste kunnen vermoeden dat de bestelwagen werd gebruikt bij een strafbaar feit. Als werkgever heeft klager niet goed gecontroleerd of de medewerker in bezit was van een geldig rijbewijs. Het is echter, gelet op de waarde van de bestelwagen, de reeds gemaakte kosten voor een vervangende bestelwagen en de kosten voor de lease die klager nog moet betalen, niet proportioneel om de verbeurdverklaring te handhaven.
De rechtbank zal dan ook, ingevolge artikel 552b, vierde lid van het Wetboek van Strafvordering, het beklag gegrond verklaren en de verbeurdverklaring van de bestelwagen herroepen.
Daarnaast geeft de rechtbank een last tot teruggave van de bestelwagen aan klager, op grond van artikel 353, tweede lid van het Wetboek van Strafvordering. Immers kan klager als redelijkerwijs rechthebbende van de bestelwagen worden aangemerkt. Ingevolge artikel 119 van het Wetboek van Strafvordering, dient de bewaarder aan de last tot teruggave te voldoen. Indien daaraan niet kan worden voldaan, heeft klager ingevolge artikel 119 tweede lid van het Wetboek van Strafvordering, recht op een bedrag gelijk aan de verkoopwaarde.

5.De beslissing

De rechtbank komt tot de volgende beslissing.
De rechtbank verklaart het beklag
gegrond.
De rechtbank
herroept de verbeurdverklaringvan de auto, Mercedes Benz, Sprinter, met kenteken [kenteken] (goednummer: 4B49053) zoals uitgesproken door de politierechter op 11 september 2019.
De rechtbank
gelast de teruggavevan de auto, Mercedes Benz, Sprinter, met kenteken [kenteken] (goednummer: 4B49053) aan klager, [naam] .
Deze beslissing is gegeven door
mr. M.E. Leijten, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. C.T. St Rose, griffier
en in het openbaar uitgesproken op 29 januari 2020.
Tegen de beslissing van deze rechtbank staat voor klager beroep in cassatie bij de Hoge Raad open,
in te stellen bij de griffie van deze rechtbank,
binnen veertien (14) dagen na betekening van deze beschikking.