In deze zaak vordert de besloten vennootschap Schouten Zekerheid Makelaars in Assurantiën B.V. (hierna: Schouten) dat de gedaagde partij, die niet bij naam is genoemd, wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 1.329,37 aan hoofdsom, € 240,92 aan buitengerechtelijke incassokosten, en rente over de verschuldigde bedragen. Schouten stelt dat zij in opdracht en voor rekening van de gedaagde premies heeft voldaan aan verzekeringsmaatschappijen voor polissen die ten behoeve van de gedaagde zijn afgesloten, waaronder het “ANKO zekerheidspakket” en de “ANKO glasverzekering”. De gedaagde heeft echter betwist dat er een opdracht aan Schouten is verstrekt en heeft aangegeven de genoemde polissen niet te kennen. Tevens heeft de gedaagde aangevoerd dat zij geen inloggegevens heeft om de polissen in te zien op de website van Schouten.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat Schouten haar vordering onvoldoende heeft onderbouwd. De rechter heeft vastgesteld dat Schouten niet heeft aangetoond welke specifieke opdracht aan haar is verstrekt en heeft nagelaten de relevante polissen in het geding te brengen. Het enkele feit dat er facturen zijn voor de verzekeringen is niet voldoende om een overeenkomst aan te nemen. Ook eerdere betalingsregelingen tussen partijen bieden geen basis voor de vordering. Gezien het gemotiveerde verweer van de gedaagde heeft de kantonrechter de vordering van Schouten afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde partij.
Het vonnis is uitgesproken door mr. M.W. van der Veen, kantonrechter, op 18 oktober 2019, en is openbaar gemaakt in aanwezigheid van de griffier.