ECLI:NL:RBAMS:2019:9095

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 november 2019
Publicatiedatum
6 december 2019
Zaaknummer
RK: 16/8620, 16/8621 en 16/8622
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Internationaal strafrecht
Procedures
  • Tussenbeschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenbeschikking inzake rechtshulpverzoek en inbeslagname van digitale gegevens

Op 19 november 2019 heeft de Rechtbank Amsterdam een tussenbeschikking gegeven in een zaak die betrekking heeft op een rechtshulpverzoek van de Franse autoriteiten. De officier van justitie had verzocht om verlof voor het ter beschikking stellen van in beslag genomen stukken van overtuiging, die relevant zijn voor een strafrechtelijk onderzoek tegen betrokkenen. De rechtbank heeft de raadslieden van de betrokkenen gehoord, maar deze zijn niet verschenen. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie beoordeeld, waarbij het gefilterde en ongefilterde deel van het beslag aan de orde kwam. De rechtbank oordeelde dat de gefilterde data, die zijn geselecteerd op basis van door Frankrijk aangeleverde zoektermen, als stukken van overtuiging kunnen worden aangemerkt. De rechtbank heeft verlof verleend voor deze gefilterde data, maar oordeelde dat het ongefilterde deel van het beslag eerst moet worden gefilterd voordat verlof kan worden verleend. De rechtbank heeft de behandeling van de verlofaanvraag heropend en aanhouden voor verdere filtering van de ongefilterde bestanden. De beslissing is genomen met inachtneming van de relevante wetgeving en verdragen, waarbij de rechtbank het belang van een effectieve rechtspleging heeft afgewogen tegen de rechten van de betrokkenen.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM,

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

RK: 16/8620, 16/8621 en 16/8622
TUSSEN-BESCHIKKING
op de vordering ex artikel 552p, tweede lid (oud), van het Wetboek van Strafvordering (Sv) d.d. 23 oktober 2019 van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam. Deze vordering strekt tot het aan haar ter beschikking stellen van de in beslag genomen stukken van overtuiging, ter uitvoering van een verzoek om rechtshulp d.d. 25 november 2014 (en aangevuld d.d.
8 december 2015), afkomstig van de Franse justitiële autoriteiten, in de zaak tegen:
[betrokkene 1] ,
geboren op [geboortedag] 1973 te [geboorteplaats] ,
wonend op het adres [adres 1] ;
[betrokkene 2],
gevestigd op het adres [adres 2]
en
[betrokkene 3] ,
gevestigd op het adres [adres 3] ,
voorts te noemen betrokkenen.

1.De procesgang

De rechtbank heeft op 5 november 2019 de raadslieden van betrokkenen, mrs. E.Z. Perez en A.S. ten Doesschate, advocaten te Rotterdam en de officier van justitie, mr. U.E.A. Weitzel, in openbare raadkamer gehoord.
Betrokkenen zijn, hoewel daartoe rechtsgeldig opgeroepen, niet in raadkamer verschenen.

2.Het standpunt van de betrokkenen

Gefilterd deel van het beslag
De raadslieden van betrokkenen hebben in raadkamer naar voren gebracht dat primair geen verlof dient te worden verleend ten aanzien van de gefilterde data (afkomstig van de
imagevan de (op de [adres 1] in beslag genomen) Samsung Notebook en aan het digitale beslag (kopie van de op het [adres 2] in beslag genomen server)), nu een deel van deze data buiten de scope van het Franse rechtshulpverzoek valt. Weliswaar zijn de data gefilterd op door Frankrijk aangeleverde zoektermen die verband houden met de verdenking, maar dit betreft een aantal (te) algemene termen. Bovendien bevatten de data bijvoorbeeld stukken van voor 1 januari 2012, dus van voor de in het rechtshulpverzoek genoemde pleegperiode. Om die reden moet het ervoor worden gehouden dat niet alle data kunnen bijdragen aan de waarheidsvinding.
Subsidiair hebben de raadslieden verzocht de behandeling van de verlofvraag aan te houden totdat betrokkenen de data inhoudelijk hebben kunnen controleren op relevantie. Zij vinden niet begrijpelijk dat dit tot op heden niet aan de betrokkenen is toegestaan, nu het immers om data gaat die bij betrokkenen vandaan komen en die dus toch al bij hen bekend zijn.
Ongefilterd deel van het beslag
De raadslieden hebben in raadkamer naar voren gebracht dat primair geen verlof dient te worden verleend ten aanzien van de niet-gefilterde data afkomstig van onder meer vier harde schijven en het ‘papieren’ beslag, nu deze informatie niet is gefilterd en derhalve een deel van de data en stukken buiten de scope van het Franse rechtshulpverzoek valt.
Subsidiair hebben de raadslieden verzocht de behandeling van de verlofvraag aan te houden totdat betrokkenen de data inhoudelijk hebben kunnen controleren op relevantie.

3.Het standpunt van de officier van justitie

Gefilterd deel van het beslag
De officier van justitie heeft gevorderd dat verlof zal worden verleend ten aanzien van het gefilterde deel van het beslag. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor data van voor 1 januari 2012 omdat nog sprake is van een verdenking. Bovendien betreft de vraag welke stukken naar het oordeel van Frankrijk kunnen worden aangemerkt als stukken van overtuiging een vraag van bewijsrechtelijke aard.
Ongefilterd deel van het beslag
De officier van justitie heeft in raadkamer meegedeeld dat zij haar vordering wenst te wijzigen, in die zin dat bijlage I (die ziet op de doorzoeking van de [adres 1] ) niet langer bevat:
  • (de uitgelezen bestanden van) één Apple iPad, type A1396, chroomkleurig (5275585);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Apple iPad mini, type A1432, kleur grijs (5275589).
De officier van justitie heeft verzocht verlof te verlenen voor de overige in de bijlagen bij de vordering genoemde stukken van overtuiging.
Indien de rechtbank van oordeel is dat de nog niet gefilterde uitgelezen bestanden moeten worden gefilterd voordat daar verlof voor kan worden verleend, heeft de officier van justitie aangevoerd dat dezelfde procedure dient te worden gevolgd als is gevolgd met betrekking tot de
imageen het digitale beslag.

4.De beoordeling

Het verzoek is gedaan in verband met een strafrechtelijk onderzoek tegen bovengenoemde persoon en rechtspersonen ter zake van de verdenking dat zij zich schuldig hebben gemaakt aan de feiten, zoals in het rechtshulpverzoek omschreven. Het verzoek is gegrond op de hierna te vermelden verdragen. Het verzoek betreft stukken van overtuiging die vatbaar voor inbeslagneming zouden zijn, indien de feiten in Nederland waren begaan. De feiten zijn zowel naar Frans recht als naar Nederlands recht strafbaar gesteld met een vrijheidsstraf met een maximum van ten minste zes maanden.
Gefilterd deel van het beslag
De rechtbank constateert dat een deel van het digitale beslag op relevantie is gefilterd aan de hand van een door de Franse autoriteiten aangeleverde zoekwoordenlijst. Dit is over het algemeen een aanvaardbare wijze van het uitfilteren van voor het Franse onderzoek relevante gegevens, mits de zoektermen voldoende relevant en specifiek zijn voor dat onderzoek en dus niet een te ruim net over de inbeslaggenomen data werpen waardoor een onaanvaardbare hoeveelheid irrelevante gegevens naar Frankrijk zouden worden overgedragen. Daarbij merkt de rechtbank op dat enige bijvangst (irrelevante gegevens) tot op zekere hoogte onvermijdelijk zal zijn bij de inbeslagname en overdracht van grote hoeveelheden digitale gegevens. Het belang van een effectieve en doelmatige rechtspleging moet worden afgezet tegen het belang van de betrokkenen om die bijvangst te minimaliseren.
De rechtbank is van oordeel dat de door Frankrijk aangeleverde zoektermen in dit verband specifiek genoeg zijn. De rechtbank is het niet eens met de stelling van de raadslieden dat woorden als ‘prijs’, ‘winnaars’, ‘Apple’ en ‘iPhone’ zo algemeen zijn dat daarmee een onaanvaardbaar ruime selectie wordt gemaakt. Dit zijn immers geen termen die in de gemiddelde administratie, bedrijfsstukken of correspondentie voortdurend voorkomen. De raadslieden hebben niet gesteld dat/waarom dat in het geval van de betrokkenen anders zou zijn. Deze zoektermen (en de andere woorden op de lijst) zijn anderzijds klaarblijkelijk relevant voor het Franse onderzoek en niet denkbaar is hoe het opnemen van deze/dergelijke woorden in de woordenlijst te vermijden zou zijn zonder het onderzoeksbelang aanzienlijk te schaden. De veiliggestelde data die na het digitale filteronderzoek aan de
imagevan de Samsung Notebook en aan het digitale beslag zijn overgebleven, moeten worden aangemerkt als stukken van overtuiging waar Frankrijk expliciet om heeft verzocht. Het proportionaliteitsvereiste is in acht genomen.
Dat na de filtering stukken zijn overgebleven die dateren van vóór de genoemde pleegperiode brengt de rechtbank niet tot een ander oordeel. De officier van justitie heeft terecht opgemerkt dat die datering nog niet wil zeggen dat die stukken niet relevant zouden zijn voor het onderzoek. De rechtbank weet bovendien niet of het gaat om véél stukken uit mogelijk minder relevante periodes. Dat de filtering ook deze stukken heeft overgelaten, wil daarom niet zonder meer zeggen dat de filtering een onaanvaardbare hoeveelheid bijvangst heeft overgelaten.
Aldus is naar het oordeel van de rechtbank voldoende komen vast te staan dat ten aanzien van het gefilterd deel van het beslag sprake is van stukken van overtuiging. De rechtbank zal met betrekking tot deze data verlof verlenen.
De rechtbank ziet geen aanleiding de behandeling van de verlofvraag aan te houden teneinde betrokkenen in de gelegenheid te stellen de data inhoudelijk te beoordelen op relevantie. De verdediging is nauw betrokken geweest bij en heeft inspraak gehad over de procedure van het digitale filteronderzoek. Echter, het voert te ver de verdediging op detailniveau inspraak op individuele stukken te geven. De rechtbank heeft de gehanteerde filterprocedure beoordeeld en aanvaard. Het belang van een effectieve en doelmatige rechtspleging staat er aan in de weg dat in het kader van deze procedure over de relevantie van ieder afzonderlijk stuk gedebatteerd zou moeten worden. De rechtbank wijst het aanhoudingsverzoek dan ook af.
Ongefilterd deel van het beslag
De rechtbank is ten aanzien van het (op de [adres 1] in beslag genomen) ongefilterde deel van het beslag – voor zover het ziet op uitgelezen digitale bestanden – van oordeel dat deze data zullen moeten worden gefilterd op door Frankrijk aangeleverde zoektermen die verband houden met de verdenking, voordat verlof kan worden verleend.
Anders dan het gefilterde deel van het beslag is nu onvoldoende gebleken dat ten aanzien van al deze ongefilterde bestanden (steeds) sprake is van stukken van overtuiging. Mede gelet op het proportionaliteitsvereiste dienen deze bestanden nog te worden gefilterd. Daarbij heeft de rechtbank in ogenschouw genomen dat de filterprocedure reeds is bepaald en door de rechtbank aanvaardbaar is geacht, zodat het herhalen van dezelfde procedure voor de rest van het digitale beslag geen discussie en weinig vertraging meer zou moeten opleveren.
Dit is anders voor wat betreft de (op de [adres 1] in beslag genomen) schriftelijke/papieren stukken. Mede gelet op de opschriften en titels van de stukken is naar het oordeel van de rechtbank voldoende komen vast te staan dat sprake is van stukken van overtuiging. Voorts heeft de verdediging onvoldoende onderbouwd om welke reden deze stukken eveneens gefilterd zouden moeten worden. De rechtbank zal met betrekking tot de schriftelijke/papieren stukken dan ook verlof verlenen.
De rechtbank ziet geen aanleiding betrokkenen – nadat de uitgelezen digitale bestanden zijn uitgefilterd – in staat te stellen de data inhoudelijk te controleren op relevantie. Zoals hiervoor uiteengezet is de rechtbank van oordeel dat het ongefilterde deel van het beslag – voor zover het ziet op uitgelezen digitale bestanden – alsnog zal moeten worden gefilterd. Op deze manier wordt reeds tegemoet gekomen aan de belangen van de verdediging. Echter, het voert – zoals hiervoor vermeld – te ver de verdediging op detailniveau inspraak op individuele stukken te geven. Om deze reden wijst de rechtbank dit verzoek af.
Conclusie
Nu aan alle daarvoor in de wet en de toepasselijke verdragen gestelde eisen is voldaan en zich geen belemmeringen van wezenlijke aard voordoen die voortvloeien uit de toepasselijke verdragen onderscheidenlijk de wet, terwijl door de inwilliging van het rechtshulpverzoek evenmin wordt gehandeld in strijd met fundamentele beginselen van Nederlands strafprocesrecht, zal de rechtbank het gevraagde verlof verlenen ten aanzien van:
Bijlage I (die ziet op de doorzoeking van de [adres 1] )
  • (de definitieve en uitgefilterde data uit) één Samsung Notebook, type NP900x3e, kleur zwart (5275620);
  • alle op de bijlage I genoemde schriftelijke/papieren stukken van overtuiging;
Bijlage II (die ziet op de doorzoeking van het [adres 2] )
 alle op de bijlage II genoemde stukken van overtuiging, met dien verstande dat de rechtbank onder
de van de kantoorserver veiliggestelde data (…)verstaat: (de definitieve en uitgefilterde data uit) de van de kantoorserver veiliggestelde data (…).
Voorts zal de rechtbank – gelet op het standpunt van de officier van justitie – géén verlof verlenen ten aanzien van:
Bijlage I (die ziet op de doorzoeking van de [adres 1] )
  • (de uitgelezen bestanden van) één Apple iPad, type A1396, chroomkleurig (5275585);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Apple iPad mini, type A1432, kleur grijs (5275589).
Tot slot zal de rechtbank de behandeling van de verlofaanvraag heropenen en aanhouden omtrent het gevraagde verlof ten aanzien van:
Bijlage I (die ziet op de doorzoeking van de [adres 1] )
  • (de uitgelezen bestanden van) één Apple MacBook, chroomkleurig (5275582);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Sony Notebook, type PCG-71211m, zilverkleurig (5275620);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Apple iMac, chroomkleurig (5275592);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Western Digital harde schijf, kleur zwart, serienummer WCAU46719064 (5275593);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Western digital harde schijf, kleur zwart, serienummer WXM1AA3A2710 (5275597);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Lacie harde schijf, chroomkleurig (5275601);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Lacie harde schijf, kleur zwart (5275608);
  • (de uitgelezen bestanden van) één Sony Vaio Notebook, type PCG-6Q2M, kleur zwart (5275614),
nu de rechtbank van oordeel is dat deze uitgelezen bestanden eerst moeten worden gefilterd op door Frankrijk aangeleverde zoektermen die verband houden met de verdenking.
Digitale filteronderzoek
De rechter-commissaris heeft in haar proces-verbaal van bevindingen van 10 december 2018 vermeld dat de procedure van het digitale filteronderzoek aan de
imagevan de Samsung Notebook in overleg met procespartijen is afgestemd. Voorafgaand aan deze procedure hebben op 5 juli 2018 en op 1 oktober 2018 overleggen plaatsgevonden waar (procedurele) afspraken zijn gemaakt met alle betrokken partijen. De gevolgde procedure is – inclusief de zoekwoordenlijst van Frankrijk – vastgelegd in een proces-verbaal van bevindingen van 29 november 2018. Dit digitale filteronderzoek bestond eruit dat – kort gezegd – de data van de
imageeerst zijn gefilterd op door Frankrijk aangeleverde zoektermen die verband houden met de verdenking, waarna die hits zijn gefilterd op door de verdediging aangeleverde zoektermen die verband houden met geheimhouders. Vervolgens zijn op verzoek van de verdediging resterende aangetroffen foto’s verwijderd.
Blijkens de processen-verbaal van 26 oktober 2018 en 28 juni 2019 van de digitaal rechercheur is dezelfde procedure gevolgd met betrekking tot het digitale filteronderzoek aan het digitale beslag, met dien verstande dat de data in dit geval eerst zijn gefilterd op door Frankrijk en België aangeleverde zoektermen.
De rechtbank is van oordeel dat deze procedure ook dient te worden gevolgd met betrekking tot het ongefilterde deel van het beslag – voor zover het ziet op uitgelezen digitale bestanden – waarbij kan worden volstaan met het filteren op de zoektermen die zijn aangeleverd door Frankrijk. Immers, er is geen sprake van geheimhouderstukken en het Belgisch rechtshulpverzoek is in deze procedure niet relevant. In dit kader merkt de rechtbank voorts op dat het niet de bedoeling is dat de procedure opnieuw wordt bedacht/opgezet of dat procespartijen wederom in de gelegenheid worden gesteld zich over de procedure uit te laten. Evenmin is vereist dat Frankrijk om zoekwoorden wordt gevraagd, nu deze lijst reeds is overgelegd en niet de verwachting bestaat dat deze lijst is gewijzigd. Aldus kan naar het oordeel van de rechtbank de uitfilteringsprocedure zo spoedig mogelijk in gang worden gezet.

3.De toepasselijke wetsartikelen

de artikelen 51, 326 en 337 van het Wetboek van Strafrecht;
artikel 1 van de Wet op de Kansspelen;
de artikelen 1 en 6 van de Wet op de economische delicten;
de artikelen 94, 104, 110, 552n (oud), 552o (oud) en 552p (oud) van het Wetboek van Strafvordering;
de artikelen 1, 3, 5, 14 en 16 van het Europees Verdrag aangaande de wederzijdse rechtshulp van 20 april 1959 (Straatsburg 20 april 1959, Trb. 1965, 10 en de Nederlandse verklaring bij artikel 5 van het Verdrag;
de artikelen 48 en 51 van de Overeenkomst ter uitvoering van het tussen het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk België, de Bondsrepubliek Duitsland, de Franse Republiek en het Groothertogdom Luxemburg op 14 juni 1985 te Schengen gesloten akkoord betreffende geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen (Schengen 19 juni 1990, Trb. 1990,145);
de artikelen 1, 4 en 6 van de Overeenkomst, door de Raad vastgesteld overeenkomstig artikel 34 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, betreffende de wederzijdse rechtshulp in strafzaken tussen de lidstaten van de Europese Unie (Brussel 29 mei 2000, Trb. 2000, 96).

4.De beslissing

De rechtbank komt tot de volgende beslissingen.
De rechtbank:
-
VERLEENTverlof aan de rechter-commissaris om aan de officier van justitie bij deze rechtbank op de voet van het bepaalde in artikel 552p (oud) van het Wetboek van Strafvordering, ter beschikking te stellen de, ter uitvoering van het verzoek om rechtshulp d.d. 25 november 2014 (en aangevuld d.d. 8 december 2015), ter overdracht aan de verzoekende Franse autoriteiten in beslag genomen voorwerpen, te weten:
 de op bijlage I genoemde (definitieve en uitgefilterde data uit) één Samsung Notebook, type NP900x3e, kleur zwart (5275620);
 alle op de bijlage I genoemde schriftelijke/papieren stukken van overtuiging;
 alle op de bijlage II genoemde stukken van overtuiging, met dien verstande dat de rechtbank onder
de van de kantoorserver veiliggestelde data (…)verstaat: (de definitieve en uitgefilterde data uit) de van de kantoorserver veiliggestelde data (…);
-
VERLEENTvoornoemd verlof onder het voorbehoud dat bij afgifte aan de Franse autoriteiten wordt bedongen dat voornoemde stukken van overtuiging zullen worden terug gezonden zodra daarvan het voor strafvordering nodige gebruik is gemaakt;
-
HEROPENTen
SCHORSTde behandeling in raadkamer voor onbepaalde tijd in afwachting van de uitkomst van de uitfiltering op door Frankrijk aangeleverde zoektermen die verband houden met de verdenking uit het resterende digitale beslag;
-
VERWIJSTde zaak daartoe naar de rechter-commissaris;
-
BEVEELTde oproeping van betrokkenen en hun raadslieden tegen de datum en het tijdstip waarop de behandeling in raadkamer wordt hervat.
Deze beschikking is gegeven door
mr. A.K. Glerum, voorzitter,
mrs. J.A.A.G. de Vries en M.F. Ferdinandusse, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. N. Wijkman, griffier,
en uitgesproken in openbare raadkamer van deze rechtbank en kamer op 19 november 2019.