Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
Parketnummer vordering tul: 13.741083.18
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.2. Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
5.5. Bewezenverklaring
6.Bewijs
7.Strafbaarheid van de feiten
8.Strafbaarheid van verdachte
9.Motivering van de straf en maatregel
- Tweemaal een afpersing: vanaf 60 uur taakstraf per feit, dan wel (dienovereenkomstige) jeugddetentie.
- Het voorhanden hebben van een alarmpistool: 30 uur taakstraf (evt. € 150,00), dan wel (dienovereenkomstige) jeugddetentie.
d.d. 3 oktober 2019 waaruit blijkt dat verdachte meermalen strafrechtelijk is veroordeeld tot werkstraffen wegens het plegen van vermogens- en geweldsdelicten. De meest recente veroordeling is van 22 juni 2018 door de kinderrechter te Amsterdam, waarbij verdachte zich schuldig heeft gemaakt (opzet)heling van een bromfiets.
€ 521,50 (€ 432,00 + € 89,50).
€ 521,50.
Tevens bevindt zich bij de stukken een akte waaruit blijkt dat de kennisgeving, bedoeld in artikel 366a van het Wetboek van Strafvordering, aan verdachte is uitgereikt.
10. Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
30 (dertig) dagen.
deze jeugddetentienietzal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelastop grond van het overtreden van de na te noemen algemene en bijzondere voorwaarden.
2 (twee) jarenonder de algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
- meewerkt aan het begeleid wonen traject. Dit betekent dat veroordeelde moet blijven wonen in het [instelling] aan de [adres instelling] , zolang de William Schrikker Stichting dit nodig acht;
- meewerkt aan het vinden en behouden van een zinvolle dagbesteding;
werkstraf voor de duur van 30 (dertig) uren,met aftrek van de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht naar de maatstaf van 2 uren per dag.
[slachtoffer]gedeeltelijk toe en veroordeelt verdachte tot betaling van € 521,50 (zegge vijfhonderd eenentwintig euro en vijftig cent) voor materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening.
[slachtoffer]ter hoogte van € 521,50 (zegge vijfhonderd eenentwintig euro en vijftig cent). Voormeld bedrag bestaat uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van de algehele voldoening, behalve voor zover deze vordering al door of namens een ander of anderen is betaald.
werkstraf voor de duur van 40 (veertig) urensubsidiair 20 (twintig) dagen jeugddetentie.