Op 29 oktober 2019 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 19-jarige man, die op 8 april 2019 samen met anderen een gewapende overval heeft gepleegd op een avondwinkel in Amsterdam. De verdachte had een nepwapen in zijn bezit en bedreigde het slachtoffer met geweld. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot 15 maanden jeugddetentie, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en een meldplicht bij de reclassering. De rechtbank oordeelde dat de feiten bewezen zijn, mede op basis van de bekennende verklaring van de verdachte. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de ernst van de feiten, de impact op het slachtoffer en de achtergrond van de verdachte, waaronder een laag intelligentieniveau en een verstandelijke beperking. De rechtbank besloot het jeugdstrafrecht toe te passen, omdat pedagogische beïnvloeding in het belang van de verdachte en de maatschappij werd geacht. Daarnaast werd de benadeelde partij, die materiële en immateriële schadevergoeding vorderde, gedeeltelijk in het gelijk gesteld, met een toewijzing van € 2.000,- voor immateriële schade. De rechtbank legde ook een schadevergoedingsmaatregel op van € 2.000,- aan de Staat, ter compensatie van de schade aan het slachtoffer.