4.3Het oordeel van de rechtbank
Aantreffen van harddrugs
Na melding van een auto-inbraak in een Volkswagen Transporter (kenteken [kenteken] ) op 4 september 2018 kwamen verbalisanten ter plaatse. Doordat één van de autoruiten was vernield kon verbalisant de op de bestuurdersstoel liggende schoudertas uit de auto pakken. In deze tas trof hij onder meer een horloge van het merk Rolex, een portemonnaie met daarin diverse pasjes op naam van verdachte, een sigarettenverpakking met daarin 143 pillen en een zakje met vermoedelijk Crystal Meth. Het aantreffen van deze goederen vormde aanleiding de auto te doorzoeken. In het opbergvak van de deur aan de bestuurderskant vond verbalisant wederom een sigarettenverpakking met daarin 19 paarse pillen, 17 groene pillen en 37 pillen in de vorm van het hoofd van Donald Trump. In de achterbak van de auto lag een kartonnen doos, waarop een emmer verf stond, met daarin ongeveer 13.002 stuks roze pillen (met een gewicht van 5,78 kilogram) en ongeveer 30.585 stuks groene pillen (met een gewicht van 13,08 kilogram). Na laboratoriumonderzoek bleken de groene en roze pillen MDMA te bevatten. Omdat in de auto pasjes op naam van verdachte werden aangetroffen, werd verdachte op diezelfde dag aangehouden. Tijdens de fouillering werden vijf pillen, een mes en een autosleutel aangetroffen. Deze bleek te horen bij de voornoemde Volkswagen Transporter.
Ook de woning van verdachte is doorzocht. In de slaapkamers lagen zakjes kristallen, poeder en pillen en een bakje met kristallen. In de badkamer vonden verbalisanten een doosje en een sigarettenpakje met pillen en een pil naast de wastafel. In de hal trof men een zakje en een doosje met pillen en in de woonkamer lag een zakje met brokken en een plastic tas met 0,96 kilogram witte brokken. Deze witten brokken bleken na onderzoek MDMA te bevatten. Tot slot werden in de vriezer vijf doorzichtige etensbakjes gevonden, gevuld met in totaal 5,16 kilogram amfetamine.
Verklaringen
Bij zijn politieverhoor heeft verdachte gezwegen, tijdens het verhoor bij de rechter-commissaris heeft hij ontkend iets te maken te hebben met de gevonden drugs of met de Volkswagen Transporter en (pas) tijdens de inhoudelijke behandeling van de zaak op 18 december 2018 heeft verdachte een uitgebreide verklaring afgelegd. Hij heeft verklaard dat hij geld had geleend van ene [naam] , een dakloze, die af en toe bij hem logeerde omdat hij die lening nog niet had afbetaald. Verdachte heeft geen telefoonnummer of andere gegevens van [naam] . De (overigens doorzichtige) plastic bakjes die in de vriezer zijn aangetroffen moest verdachte van [naam] in de vriezer bewaren. Hij dacht dat het bakjes voedsel waren. Over een door [naam] achtergelaten tasje van Aldi heeft verdachte op de zitting van 18 december 2018 verklaard dat hij daarin pilachtige dingen in kleine zakjes heeft gezien en dat hij op dat moment het gevoel kreeg dat er iets niet klopte. Hij heeft daarop geen actie ondernomen. Ook de auto behoort volgens verdachte toe aan [naam] . Verdachte had de autosleutel van de Volkswagen Transporter van hem gekregen met als doel de auto af toe te starten zodat de accu niet zou leeggaan. De auto stond voor zijn deur omdat hij dankzij zijn invalidekaart gratis kon parkeren. Het kenteken stond op naam van een vriend van verdachte, genaamd [naam vriend] . Volgens [naam vriend] is de Volkswagen Transporter van verdachte. Over de tas met daarin 0,96 kilogram MDMA heeft verdachte geen verklaring afgelegd. Gelet op het feit dat verdachte bij de rechter-commissaris en ter zitting twee verschillende verklaringen heeft afgelegd, pas ter zitting (en niet in een eerder stadium) met de meest uitgebreide verklaring naar voren is gekomen en deze verklaring niet verifieerbaar en niet controleerbaar is en deze laatste verklaring geen steun vindt in de overige bewijsmiddelen, schuift de rechtbank de verklaring van verdachte als ongeloofwaardig terzijde.
Woning en Volkswagen Transporter
Verdachte is volgens de gemeentelijke basisadministratie en zijn eigen verklaring bewoner van de woning. Het is vaste rechtspraak dat een bewoner, behoudens contra-indicaties, bekend wordt verondersteld met de aanwezigheid van de in zijn woning aanwezige goederen. Verdachte heeft aanvankelijk ontkend bekend te zijn met de aanwezigheid van de drugs in zijn woning. Op de zitting van 18 december 2018 verklaarde hij dat hij bij het zien van in plastic zakjes verpakte ‘pil-achtige’ dingen het gevoel kreeg dat er iets niet klopte. Voor wetenschap van aanwezige verdovende middelen in de woning in de zin van de Opiumwet is ten eerste vereist dat verdachte zich - in meerdere of mindere mate - bewust is geweest van die aanwezigheid en daarnaast dat hij daarover beschikkingsmacht moet hebben gehad. Gelet op de verklaring van verdachte, en het feit dat hij de enige bewoner van de woning is, gaat de rechtbank ervan uit dat verdachte wist dat de drugs in zijn woning lagen. Uit niets blijkt dat een ander dan verdachte de goederen in de woning heeft achtergelaten, maar ook wanneer die goederen daadwerkelijk door ene [naam] zijn achtergelaten heeft verdachte, die eveneens heeft verklaard dat hij zelf van tijd tot tijd dergelijke drugs gebruikt, op enig moment het vermoeden gehad dat het om drugs ging. Aan het tweede vereiste, dat verdachte de beschikkingsmacht had over de goederen, is volgens de rechtbank ook voldaan. De goederen bevonden zich immers in zijn woonkamer en in de bij hem in gebruik zijnde vriezer, en dus in zijn machtssfeer.
Ook voor in de auto aangetroffen goederen geldt dat de eigenaar bekend wordt verondersteld met de aanwezigheid van de aldaar aanwezige goederen, behoudens contra-indicaties. De rechtbank merkt verdachte aan als eigenaar van de auto en overweegt daartoe dat de auto voor de deur van zijn woning geparkeerd stond, verdachte bij zijn aanhouding de bijhorende autosleutel op zak had, in de auto zijn portemonnaie is aangetroffen en dat verdachte heeft verklaard dat hij wel eens in de auto reed. De omstandigheid dat het kenteken op naam van
[naam vriend] stond, maakt dit niet anders. Net als in de woning van verdachte, waaruit volgt dat verdachte zich kennelijk schuldig maakt aan het bezit van harddrugs, zijn ook in de auto veel drugs aangetroffen. Van enige contra-indicatie voor het bekend zijn met de goederen in de auto is volgens de rechtbank geen sprake. Zoals hierboven overwogen acht de rechtbank de verklaring over [naam] ongeloofwaardig en uit het procesdossier blijkt geenszins dat een ander persoon dan verdachte gebruik maakt de Volkswagen Transporter. De rechtbank gaat er aldus vanuit dat verdachte wist de drugs in zijn auto lagen, waarover hij ook de beschikkingsmacht had.
Conclusie
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het opzettelijk aanwezig hebben van ongeveer 19,82 kilogram van een materiaal bevattende MDMA en ongeveer 5,16 kilogram van een materiaal bevattende amfetamine.
Medeplegen
Uit het procesdossier volgt niet dat er sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking met een ander persoon. De rechtbank oordeelt dat er aldus geen sprake is van medeplegen, zodat verdachte hiervan wordt vrijgesproken.