Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 3 oktober 2019 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
Belastingdienst Toeslagen, verweerder
Procesverloop
€ 260,- aan te veel ontvangen zorgtoeslag en een bedrag van € 2.208,- aan te veel ontvangen huurtoeslag moet terugbetalen.
Beslissing
Overwegingen
11 januari 2017 van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling). [1] In navolging van deze uitspraak is de rechtbank van oordeel dat verweerder niet had hoeven wachten met het nemen van het bestreden besluit totdat de inspecteur een beslissing had genomen naar aanleiding van het doorgezonden bezwaarschrift van 13 november 2018. In artikel 20 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen is namelijk bepaald dat bij een aanpassing van het verzamelinkomen verweerder ambtshalve verplicht is binnen acht weken een nieuw besluit te nemen als de wijziging van het verzamelinkomen betekent dat de zorg- en huurtoeslag tot een te hoog of te laag bedrag is toegekend. Wanneer daar reden toe is, betaalt verweerder ook rente uit.
mr. L. Stoelinga, griffier, op 3 oktober 2019.