2.4.In de BIO staat onder meer het volgende.
“(…)
Artikel 2 (Het aangaan en beëindigen van een Overeenkomst)
1. Voorafgaand aan het sluiten van een Overeenkomst komt de gemeente te allen tijde contractsvrijheid toe. De gemeente heeft het daaruit voortvloeiende recht om geen Overeenkomst met een Partij aan te gaan, mede of uitsluitend op basis van het feit dat de gemeente van oordeel is dat ten aanzien van die Partij een Integriteitsrisico bestaat.
Met betrekking tot Aanbestedingen bestaat een Integriteitsrisico indien sprake is van een situatie als genoemd in artikel 4, 5 of 6 van deze beleidsregel.
(…)
2. De gemeente kan gedragingen en omstandigheden van aan de Partij gelieerde partijen of personen bij de beoordeling van de vraag of sprake is van een Integriteitsrisico betrekken. Onder gelieerde partijen worden in ieder geval verstaan personen of partijen die:
(…)
- in een zakelijk samenwerkingsverband tot Partij staan of hebben gestaan;
- op Partij anderszins direct of indirect invloed uitoefenen of hebben uitgeoefend.
(…)
6. Bij de beslissing om met een Partij vanwege het bestaan van een Integriteitsrisico
- geen Overeenkomst aan te gaan,
- een Partij uit te sluiten van de kans op gunning van een overheidsopdracht of
(…)
maakt de gemeente altijd een afweging tussen het Integriteitsrisico en de maatregel. Bij deze afweging worden de volgende aspecten betrokken:
- de maatregelen die een Partij heeft getroffen om herhaling van het Integriteitsrisico te voorkomen;
- de zwaarte van het Integriteitsrisico in kwestie;
- het totale aantal Integriteitsrisico’s of onderliggende delicten of kwesties;
- de verstreken tijd sinds het zich voordoen van het Integriteitsrisico;
- de vraag of er reeds een (passende) sanctie is opgelegd naar aanleiding van het Integriteitsrisico in kwestie;
- de mate van betrokkenheid van leidinggevenden of sleutelpersoneel bij het Integriteitsrisico.
(…)
Artikel 5 (Facultatieve uitsluitingsgronden)
1. Bij Aanbestedingen (…) kan de gemeente een Partij uitsluiten van de kans op gunning van de Overheidsopdracht respectievelijk besluiten geen Overeenkomst aan te gaan indien die Partij een delict heeft gepleegd dat in strijd is met de voor hem relevante beroepsgedragsregels of een ernstige fout in de uitoefening van het beroep heeft begaan.
(…)
4. Onder ernstige fout in de uitoefening van het beroep verstaat de gemeente het in de uitoefening van het beroep of bedrijf:
(…)
f. het begaan van gedragingen in strijd met voor het beroep of bedrijf van Partij relevante wet- en regelgeving, mededingingsrecht, tuchtregels, toezichtregels, gedragsregels of gedragscodes;
g. het verrichten van werkzaamheden die in strijd zijn met de openbare orde;
h. alle andere delicten en gedragingen of omstandigheden die naar hun aard zijn aan te merken als ernstige fout in de uitoefening van het beroep. (…)
5. In aanvulling op het in lid 4 bepaalde acht de gemeente een ernstige fout in de uitoefening van het beroep aanwezig indien er, al dan niet blijkend uit een Bibob-advies, gevaar bestaat dat een Overeenkomst door de Partij mede zal worden gebruik om (i) uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten, (ii) strafbare feiten te plegen of (iii) dat teneinde een Overeenkomst te sluiten een strafbaar feit is gepleegd.
Het aannemelijk maken van een ernstige fout in de uitoefening van het beroep
6. De gemeente kan een ernstige fout in de uitoefening van het beroep in ieder geval, maar niet uitsluitend aannemelijk maken:
a. doordat de ernstige fout in de uitoefening van het beroep wordt erkend door de betrokken Partij;
b. door eigen (betrouwbare en verifieerbare) ervaring van voor de gemeente werkzame ambtenaren, ambtsdragers of door de gemeente ingehuurd personeel;
(…)
g. door te wijzen op door de bevoegde autoriteiten ingesteld strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging;
(…)”.