ECLI:NL:RBAMS:2019:7043
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Knol
- C.A. van Dijk
- M. Lambregts
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie wegens overlijden verdachte
In deze strafzaak, behandeld door de rechtbank Amsterdam, is de verdachte, geboren in 1961, aangeklaagd voor diefstal van fietsen op twee verschillende data in 2017 en 2018. Tijdens de zitting op 22 augustus 2019 heeft de rechtbank kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. M.M. van den Berg, en de verdediging door raadsvrouw mr. J.C. Dekkers. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte vorig jaar is overleden, wat leidt tot de vraag van de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie. Volgens artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht vervalt het recht tot strafvervolging door de dood van de verdachte. De rechtbank heeft geoordeeld dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging van de verdachte, zoals gevorderd door de officier van justitie. Tevens is de benadeelde partij, [persoon 1], niet ontvankelijk verklaard in zijn vordering. Dit vonnis is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 22 augustus 2019 door de meervoudige strafkamer van de rechtbank Amsterdam.