ECLI:NL:RBAMS:2019:6257
Rechtbank Amsterdam
- Voorlopige voorziening
- M.J. van den Bergh
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag verblijfsvergunning op basis van de Afsluitingsregeling langdurig verblijvende kinderen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 23 augustus 2019 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van [verzoeker 1] en zijn moeder, beiden afkomstig uit Sierra Leone. De aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de Afsluitingsregeling langdurig verblijvende kinderen is door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen. De verzoekers hebben bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing en vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen die de uitzetting zou verbieden totdat op het bezwaar is beslist. De voorzieningenrechter heeft het verzoek afgewezen, omdat verzoekers niet voldeden aan de voorwaarden van de Afsluitingsregeling. De moeder had geen asiel aangevraagd ten behoeve van [verzoeker 1] ten minste vijf jaar voor zijn 18-jarige leeftijd, wat een vereiste is voor de regeling. De voorzieningenrechter oordeelde dat de belangen van verzoekers niet zwaarder wogen dan het algemeen belang van het restrictieve toelatingsbeleid van Nederland. Ook werd overwogen dat de medische situatie van de moeder en de psychische klachten niet voldoende onderbouwd waren om een uitzondering te maken op het beleid. De voorzieningenrechter concludeerde dat de aanvraag van verzoekers niet in aanmerking kwam voor goedkeuring en dat het bestreden besluit waarschijnlijk in bezwaar stand zou houden.